Bijdrage CDA Beleidsplan Huisvesting Arbeidsmigranten
De CDA fractie begrijpt de noodzaak en urgentie voor het opstellen van een beleidskader voor huisvesting van arbeidsmigranten. Vanuit diverse sectoren is er grote behoefte aan de inzet van arbeidsmigranten in hun bedrijfsvoering.Met dit beleid wil de gemeente dan ook een ruimtelijk kader bieden voor de huisvesting van de binnen onze gemeente werkzame arbeidsmigranten.
(Het beleidsplan lezende, blijven er 4 opties overeind voor het huisvesten van arbeidsmigranten:
1. Kamergewijze verhuur in woningen voor zover deze vergund zijn en voldaan wordt aan de kwaliteitseisen. Het gaat om ca. 100 plaatsen.
2. Op recreatieterreinen. Dit is beperkt tot De Goede Reede (Stellendam) en Koningspleisterplaats (Goedereede), samen goed voor ongeveer 170 plaatsen.
3. Bij agrarische bedrijven. Huisvesting voor maximaal 40 personen per bedrijf. Tenzij groter aantal noodzakelijk is voor de eigen bedrijfsvoering.
4. Geconcentreerde huisvesting in het buitengebied voor de resterende behoefte met een grootte van 150-200 plaatsen per locatie. )
De inhoud van dit beleidsplan roept echter bij de CDA fractie vooral veel vragen op.
Er wordt in het stuk gesproken over spreiding over het eiland, waarbij gekeken wordt naar draagkracht van de kernen en aanwezige economische activiteiten.
Op basis daarvan wordt de volgende verdeling verwacht:
250 plaatsen aan de westkant
250-300 plaatsen in het midden van het eiland
400-500 plaatsen in het oosten.
Zou je juist niet op basis van draagkracht van de kernen en aanwezige economische activiteiten tot een andere verdeling moeten komen? Wij missen argumentatie voor deze spreiding.
In het stuk wordt aangegeven dat er zowel voor short stay (minder dan 4 maanden) als voor mid stay (langer dan 4 maanden) plaatsen gecreëerd moeten worden. Er wordt aangegeven dat de eisen voor short stay gedeeltelijk overeenkomen met de randvoorwaarden en kwaliteitseisen voor mid stay.
Onze vraag betreft: voor welk deel komen deze randvoorwaarden en eisen dan overeen en voor welke gedeelte juist niet?
Voor de realisatie van huisvesting bij agrarische bedrijven ligt het initiatief bij de betreffende agrarische ondernemers. Maar waar ligt het initiatief voor de geconcentreerde huisvesting in het buitengebied? Is dit bij de gemeente? En hoe wordt bepaald wanneer er behoefte is aan dergelijke huisvesting? En hoe groot deze behoefte is? Wie gaat dit bekostigen? En hoe gaat bepaald worden waar op het eiland dergelijke parken gerealiseerd worden?
In het stuk wordt gesproken dat er reeds een concreet initiatief is voor de realisatie van maar liefst 80 chalets met een capaciteit van 320 plaatsen met bijbehorende voorzieningen, zoals een winkel en sportfaciliteiten. Dit is een complete nieuwe woonkern in het buitengebied. Is al bekend waar op het eiland dit initiatief gaat komen? En zijn hier ondernemers bij betrokken? Worden de inwoners in dit proces meegenomen?
Het CDA mist dan ook in bijlage 2 bij “Locaties elders in het buitengebied” mogelijke weerstanden bij de inwoners. Het is naïef om te denken dat inwoners van het eiland geen weerstand zouden ervaren als het om het buitengebied gaat.
Wat ook niet duidelijk is in het stuk is de eis hoe de huisvesting eruit komt te zien. Enerzijds staat er dat tijdelijke voorzieningen als chalets of stacaravans niet toegestaan zijn, anderzijds wordt er aangegeven dat er reeds concrete pilots en initiatieven zijn waar juist wel sprake is van chalets. En als het geen chalets mogen zijn, wat dan wel? Dit levert voor ondernemers onduidelijkheid over het kader op.
Wat ook niet duidelijk is, is wanneer ondernemers meer ruimte kunnen creëren dan het maximum genoemd aantal van 40 plaatsen dat beoogd is bij hun agrarische bedrijven. Vanuit ondernemers hebben wij dan ook het signaal ontvangen dat dit beleidsplan tegenstrijdigheden bevat en daarmee onduidelijkheid voor hen oplevert.
Is er bij de totstandkoming van dit stuk rekening gehouden met toekomstige ontwikkelingen, zoals automatisering en robotisering, waardoor op termijn wellicht de behoefte aan arbeid in bepaalde sectoren afneemt? Hoe flexibel ben je in het afbreken van woonvoorzieningen van een dergelijke omvang in het buitengebied?
Kortom, voor het CDA roept dit stuk op dit moment vooral veel vragen op die eerst verduidelijkt moeten worden. Graag horen wij dan ook een toelichting van de wethouder hierop. Wij zullen als CDA fractie vandaag nog niet overgaan tot besluitvorming hierover.