Alcoholverbod op speelplekken

In de kranten van afgelopen week stond het besluit van het college opgenomen om op alle speelplekken in Gouda en een straal van 50 meter er omheen een alcoholverbod in te voeren.  Het CDA is blij met dit besluit. Veel speelplekken zijn in de avond en nacht in gebruik als hangplek met overlast voor de buurtbewoners tot gevolg. Het nu ingevoerde verbod stelt de politie in staat om veel effectiever op te treden en de overlast te beëindigen.
Het CDA heeft het afgelopen voorjaar met steun van de ChristenUnie het idee gelanceerd om een verbod in te voeren van alcoholgebruik op de openbare weg: de straat, het winkelcentrum of de speelpek zijn immers geen geschikte plekken voor alcoholgebruik, zo stelden wij.

Overlast is er in alle soorten en maten. Heel hardnekkig is de overlast die veroorzaakt wordt door jongeren op een door henzelf aangewezen hangplek. Vaak op speelplekken in woonwijken, tussen de huizen of flats. Het overlastgevend ‘hangen’ gaat over het algemeen gepaard met alcoholgebruik. Stille getuigen van die bewering zijn de lege flessen die de buurtbewoners de volgende dag aantreffen. Mag je dan nergens ‘hangen’, elkaar ontmoeten en gewoon gezellig kletsen? Natuurlijk wel! Maar als het steeds later wordt, de stemmen steeds luider en de hoeveelheid ingenomen alcohol steeds forser, dan geeft dat overlast. Het gaat dan van kwaad tot erger. De politie moet dan de juiste instrumenten hebben om adequaat op te treden. Met het alcoholverbod kunnen ze dat: de drank kan in beslag worden genomen, de jongeren kunnen worden weggestuurd en er kan – zeker bij herhaling – een boete worden uitgeschreven.

Het CDA heeft gepleit voor een stedelijk verbod, maar het college heeft daar – mede om juridische redenen – niet voor gekozen. Dat is jammer omdat daardoor een aantal voor de handliggende en bekende overlastplekken, zoals bij de winkelcentra buiten de werking van het verbod vallen. Het CDA vindt het dat wel een hele duidelijke regeling is geworden: zowel de politie als jongeren weten dat het op geen enkele speelplek mag.  Dat is duidelijker en dus ook beter handhaafbaar dan wanneer allemaal losse gebiedjes worden aangewezen.