12 november 2013

Algemene beschouwing begroting 2014

Deze begroting  is conform  het collegewerkprogramma “Werk in uitvoering” nagenoeg beleidsarm en is conform de kadernota opgesteld. Over deze begroting kan je op het eerste gezicht blijkbaar geen opmerkingen te maken. Maar schijn bedriegt.  Zo is aan het voornemen “We handhaven het huidige financiële beleid met als doel Hillegom financieel gezond te houden “ wel een bijzondere invulling gegeven. Aan het begin van 2011 was de begroting van de totale reserve ruim 74 miljoen. In de loop der jaren is / wordt er nog ruim 10 miljoen toegevoegd. We eindigen in 2017 met een stand van ruim 51 miljoen, en hiervan is 8 miljoen onzeker en boter zacht, t.w. opbrengst Vossepolder en Noord. Een teruggang van ruim 33 miljoen.  Op zich niks mis mee als al het geld is gebruikt voor investeringen en de daaruit voortvloeiende exploitatielasten ten laste van de begroting zijn gebracht. Maar dat is absoluut niet het geval. Veel vermogen is gaan zitten in het afboeken van investeringen uit het verleden om de exploitatierekening te ontlasten. Verder worden veel posten t.l.v. de reserves geboekt die in feite op de begroting moeten drukken. Het is je vermogen opeten om de OZB niet te hoeven verhogen en bezuinigingen zo veel mogelijk uit te stellen. De rek is uit de begroting gehaald en geld voor nieuw beleid is nauwelijks aanwezig.  Daarnaast zit in deze begroting ook nog een risico op precariorechten van 1,2 miljoen per jaar. Met de op ons afkomende decentralisatie met minder middelen geen al te rooskleurig uitzicht. Natuurlijk Hillegom kan tegen een stootje en Hillegom heeft geen leningen maar elke vermindering op het vermogen leidt tot inkomstenvermindering en zal met een lastenverhoging moeten worden opgevangen. Dit laatste is geen fijn vooruitzicht voor de nieuwe periode.

Deze begroting is gelijk een moment om terug te blikken op de afgelopen periode, welk werk is er wel uitgevoerd en wat is blijven liggen, een niet volledige balans opname en laat ik beginnen met de successen.

Het Fioretticollege een succes maar niet onder aansturing van de Gemeente en het tekort op de onderwijsbegroting exploitatie van een € 0.5 miljoen  wordt jaarlijks uit de reserves onttrokken. Het Ringvaartterrein komt in ontwikkeling, prachtig maar particulier initiatief. Bloemswaard, een prachtgebouw maar niet onder regievoering van de gemeente met mogelijk nog een strop voor het verleggen van een ondergrondse stroomkabel. Locatie ’t Zand, wordt een mooie woonwijk maar is en blijft particulier initiatief. De fusie van de voetbalverenigingen en het tot stand komen van het sportpark. Een eredivisieclub waardig en met geld is veel vloeibaar te maken. Wel onder regie van de gemeente met een mogelijke strop van 1,2 miljoen. De N208 is in uitvoering genomen en leidt tot een voorlopige budgetoverschrijding van 4 miljoen en het aftreden van een wethouder overigens niet de enige wethouder in deze periode. Park Elsbroek komt in uitvoering en de Hoftuin staat nog op de lat als ook de versterking van het Centrum “Hart van Hillegom”  Het Masterplancentrum is in de prullenbak verhuisd. Henri Dunantplein is ondergesneeuwd in het Hart van Hillegom. De manege is nog steeds niet tot stand gekomen. De watertoren heeft  drie keer in de krant gestaan als een succes maar is nog steeds niet uitgevoerd. Het fietspad naar Bennebroek laat op zich wachten. Hillegommerbeek blazen we af en ontwikkeling Noord boeken we de winst al in maar plannen zijn er nog niet. Van Nispenpark laten we zoals het is en van het verbeteren van de bereikbaarheid van het station is nog weinig te merken.

Wij hebben de kadernota goedgekeurd maar zien wel dat er een aanzienlijk verschil is tussen het gepresenteerde verloop van de reserves tussen de kadernota en de begroting. Wij vragen u om in het vervolg ook bij de kadernota al inzicht te geven in de verwachte stortingen en onttrekkingen bij de reserves. Zonder dit inzicht wordt het wel eenvoudig om sluitende begrotingen te krijgen.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.