04 september 2024

CDA-bingo

Binnenkort is het Prinsjesdag en begint officieel het parlementaire jaar. Reden voor de plaatselijke CDA-afdeling van een provinciestadje mij uit te nodigen bij een bejaardensoos voor een lezing over de ontwikkeling van de parlementaire democratie tot en met het huidige kabinet dat beweert een extraparlementair kabinet te zijn, een zeldzame soort onder de regeringsvormen, waar de coalitiepartijen enige afstand houden tot de regering. Het hele idee van een extraparlementair kabinet is dat de coalitiepartijen niet van tevoren de dingen met elkaar afkaarten, zodat er meer macht bij het parlement komt te liggen. Coalitieoverleg tussen partijen die samen een kabinet vormen werd ruim veertig jaar geleden geïntroduceerd door CDA-premier Ruud Lubbers en kwam later onder de Paarse kabinetten te boek te staan als het symbool van de achterkamertjespolitiek waar de coalitie buiten het zicht van de rest van de Kamer het beleid dichttimmerde.

Na mijn voordracht en een warm applaus werd er bingo gespeeld met prachtige prijzen, zoals een rollade van de plaatselijke slager, een paar pakken koffie van de kruidenier, een echte Twentse krentenwegge van de lokale warme bakker en nog een paar waardebonnen voor pantoffels voor de komende winter.

Ruim honderd bejaarden, waarvan sommigen met de bekende CDA-sjaals, aten een taartje met een CDA-logo, dronken frisdrank of bestelden een ouderwets advocaatje met slagroom. Ook voor muziek was gezorgd. Een paar vrolijke muzikanten zorgde voor bekende ouderwetse meezingers. Kortom, de oudjes genoten. Een krasse bejaarde had al snel bingo en ging er rap met de rollade in haar tasje vandoor. De andere prijzen waren ook snel weg toen het pauze werd.

Na de pauze volgde een goochelaar in jacquet en hoge hoed met grapjes en kunstjes. Hij had de indruk dat de oudjes snel tevreden waren. Ze wachtten geduldig op de tovenarij en klapten flink toen hij veel speelkaarten en diverse kleine bingoballetjes uit de lucht toverde.  Toen hij daarna een lief konijntje uit zijn hoge hoed haalde werden sommige oudjes emotioneel bij het zien van dit wonder.

Aangemoedigd door dit succes kwam de goochelaar de zaal in.  Toen de rust in de zaal was teruggekeerd en het weer een beetje stil was zei hij: ‘Nu ga ik euro’s tevoorschijn toveren’.

Hij greep een oudje op de eerste rij bij zijn neus en toonde het geldstuk. Het oudje betastte het muntstuk in aandoenlijke verbazing en wilde dit in zijn zak steken, maar de goochelaar snelde alweer verder, trok euro’s uit permanentjes, oortjes, broekspijpen en vestjes en zaaide verbijstering alom.

Toen kwam hij bij een krasse dame en zei: ‘Aha, er zit nog een euro in uw neus en ja, daar had hij hem al, tussen duim en vinger. Terwijl hij terug liep naar het toneel, gebeurde er iets merkwaardigs. De vrouw stond op, pakte haar tasje en ging de goochelaar met forse tred achterna het toneel op.

‘Meneer!’  riep zij. “Meneer, ik wil m’n euro!’

De goochelaar, die alweer op de planken stond, keek haar lachend aan.

‘Nee, dat gaat niet mevrouw, ga maar gauw zitten!’, zei hij en beschouwde het incident als afgedaan.

Maar de vrouw bleef waar zij was.

’t Is mijn euro. Hij zat in mijn neus!’ riep haar hoge stemmetje.

‘En nou gaan we koekjes bakken van papier! sprak de goochelaar afleidend. ‘Moeten jullie eens goed opletten.’

‘Ik zal het tegen mijn man zeggen!’ schreeuwde het oudje. ‘t Is toch zeker mijn euro. Menéér, menéér, hier met m’n euro!’

Men heeft haar tenslotte verwijderd van het toneel of zij een oproerkraaier was die de bijeenkomst wilde verstoren, en dat terwijl zij alleen maar -zo dacht zij- op haar recht stond.

Nu ging opeens de zaal zich ermee bemoeien en schreeuwde tegen de goochelaar dat hij vals speelde. Vervolgens eiste iedereen zijn of haar euro terug.  Sommige stoven het toneel op om hun gelijk te halen. De goochelaar kreeg het benauwd bij zoveel oproer en vluchtte gehaast door de coulissen weg, de euro’s achterlatend.

Uiteindelijk wist men de boel te sussen door alle oudjes maar een euro te geven. De krasse bejaarde met de rollade kwam ook nog even terug voor haar euro. Zo werd het voor de organisatie en vooral voor de CDA-penningmeester nog een dure middag.

Ik denk dat ze die goochelaar met z’n eurograppen voorlopig niet meer uitnodigen!

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.