16 september 2019
Verkeerde trein
De zomervakantie is voorbij en de provinciale- en gemeenteraden maken zich weer op voor een nieuw politiek jaar. Ook het kabinet heeft de jaarlijkse after summer day weer gehad en vakantiekiekjes kunnen uitwisselen.
Ondanks de verhitte discussies over het klimaat kenden velen geen vliegschaamte en namen de afgelopen periode het vliegtuig naar soms verre bestemmingen, anderen gingen met de auto of namen de trein. Een enkeling nam de fiets.
Heeft u zich wel eens gerealiseerd over hoeveel vervoermiddelen wij mensen beschikken? U staat daar waarschijnlijk nooit bij stil, maar ik heb dat eens voor u uitgezocht. In de wet staat het allemaal fraai omschreven: een vervoermiddel (of vervoersmodaliteit) is een technisch artefact met als primaire functie het verplaatsen van personen of goederen in het verkeer. De term voertuig wordt over het algemeen gebruikt voor vervoermiddelen die over land gaan. Vervoermiddelen over water, lucht en ruimte worden vaartuigen genoemd. Er is een heel scala aan mogelijkheden van vervoer. Bijvoorbeeld een voertuig dat door menskracht wordt voortbewogen zoals een fiets, een riksja of een kruiwagen. Daarnaast zijn er rij- of lastdieren die voor vervoer kunnen zorgen zoals een paard of een ezel. Een rijtuig met paardentractie (of een ander trekdier) kan ook. Denk maar aan een paard-en-wagen en een arren- of hondenslee. Een rijtuig dat zich over spoorrails voortbeweegt noemt men eenvoudig een trein. Het spoorwegnet in ons land bestaat al bijna tweehonderd jaar. Op 20 september 1839 was het zover: vanaf het Amsterdamse station d'Eenhonderd Roe reed de eerste stoomlocomotief naar Haarlem. De vier locomotieven die dienst deden hadden archaïsche namen: de Arend, de Snelheid, de Hoop en de Leeuw. Zij waren van degelijk Engels fabricaat en werden bediend door Engelse machinisten.