25 april 2016

Antwoorden artikel 51 vragen Onderwijsachterstanden

Op 4 maart 2016 heeft de fractie van het CDA Maassluis vragen gesteld over de onderwijsachterstanden en hoe we als gemeente het onderwijsachterstanden beleid kunnen versterken en verbreden.

Onderstaand het antwoord zoals we dat van het College hebben gekregen. Als fractie zullen we kijken hoe we deze antwoorden mee kunnen nemen bij de verdere behandeling van dit onderwerp.

1. Welke ruimte bieden de onderwtjsachterstandsgelden die de gemeente ontvangt vanuit de Rijksoverheid voor gemeenten om naast het aanbieden van VVE-programma's, ook ondersteuning te bieden gedurende de basisschoolperiode?

De wetgeving biedt de mogelijkheid om de gelden voor het onderwijsachterstandenbeleid (oab) in te zetten gedurende basisschool periode. Deze moeten besteed worden aan activiteiten voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal, zoals schakelklassen, verlengde leertijd en zomerscholen. De gemeente Maassluis heeft, in overleg met de samenwerkingspartners uit opvang en onderwijs, haar onderwijsachterstandsbeleid voor het basisonderwijs gericht op de schakelklassen (Centrale Opvang Maassluis). Dit omdat deze inzet meer effect heeft dan bijvoorbeeld een zomerschool of alleen verlengde leertijd als het gaat om het verminderen van de achterstanden (Zie hiervoor ook het antwoord op vraag 2). In bijlage 1 en 2 is het beleidskader 'Plan tot bestrijding onderwijsachterstanden 2016-2019' en het daarbij horende raadsbesluit opgenomen. In bijlage 3 is het bestedingskader VVE opgenomen.

2. Zijn er gemeenten die ook actief beleid voeren op het gebied van onderwijsachterstanden gedurende de basisschoolperiode? Zo ja, kunt u hiervan voorbeelden geven en daarbij aangeven of deze gefinancierd worden vanuit de VVE-gelden?
In Schiedam en Vlaardingen wordt net als in Maassluis door de gemeente ingezet op VVE-programma's en voor de basisschoolperiode op de schakelklas en de ontwikkeling van brede scholen (IKC's) en/ of verlengde leertijd. In Maassluis is eenmalig een zomerschool georganiseerd door de Montessorischool Maassluis. Door onvoldoende medewerking van de andere scholen en de verhuizing van de school is er geen vervolg aan gegeven. In Schiedam is ook eenmalig een zomerschool georganiseerd. In Vlaardingen staat het voortzetten hiervan ter discussie. De zomerscholen worden onvoldoende gedragen door het onderwijsveld, waardoor het aantal kinderen dat deelneemt en de leeropbrengst beperkt is. Ook is de animo onder doelgroepkinderen en ouders laag, omdat zij in de zomervakantie vaak voor langere tijd met vakantie gaan naar het buitenland. Huiswerkbegeleiding wordt in beide gemeenten niet aangeboden in het kader van het onderwijsachterstandenbeleid.
In zijn algemeenheid geldt dat het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap, mits binnen de kaders, geen bemoeienis heeft met de besteding van de WE gelden, noch deze in detail registreert. Derhalve is er ook geen zicht op de financiering van de activiteiten gedurende basisschoolperiode. In bijlage 3 is ter informatie een tweetal programma's opgenomen van scholen uit Utrecht en Den Haag.

3. Wanneer, ondanks de VVE programma's, de onderwijsachterstanden een uitdaging zijn/blijven voor het onderwijsveld, welke rol ziet het College dan voor de gemeente om hierop in te spelen?
Met het vaststellen van het 'Plan tot bestrijding onderwijsachterstanden 2016-2019' zijn de uitgangspunten voor het beleid vastgelegd. De gemeente ziet zichzelf als regisseur en toezichthouder (Sociale structuurvisie blz. 5). In dit kader wordt de uitvoering van het VVE beleid gemonitord en geëvalueerd. Op basis van de evaluatie kan het beleid worden getoetst en waar nodig bijgesteld. Uiterlijk op 1 december 2016 zal een eerste evaluatie aan de raad worden gepresenteerd. Daarnaast participeert de gemeente in diverse overleggen op zowel lokaal (Interzuilair Directie Beraad, Lokaal Educatieve Agenda), als regionaal niveau (Regionale Educatieve Agenda) met de organisaties die betrokken zijn bij de kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en het onderwijs. Op deze wijze worden signalen meegenomen bij verdere beleidsontwikkeling en kan worden ingespeeld op de actualiteit. De gemeente is daarmee actief betrokken en samenwerkingspartner.

4. Huiswerkbegeleiding is belangrijk voor kinderen die moeite hebben om mee te komen op school. Niet alle ouders zijn in staat om zelf hun kinderen te begeleiden, omdat ouders bijvoorbeeld zelf onvoldoende geschoold zijn. Echter, huiswerkbegeleiding is niet voor alle kinderen bereikbaar. Het CDA Maassluis ontvangt berichten dat met name kinderen die opgroeien in gezinnen die financieel moeilijk rond kunnen komen, hun kinderen wel goede huiswerkbegeleiding willen bieden, maar dit niet kunnen omdat hiervoor de middelen ontbreken. Welke oplossing ziet het College dit probleem?
Sinds de invoering van de Wet op het Onderwijsachterstandenbeleid op 1 augustus 2006 hebben de gemeente en het onderwijs een gedeelde verantwoordelijkheid. De gemeente is verantwoordelijk voor
het voorschoolse deel van de WE (2 tot 4 jaar), de schoolbesturen voor het (vroeg)schoolse deel (vanaf 5 jaar). De autonomie van de scholen is groter geworden en de rol van de gemeente is teruggedrongen (http://www.oberon.eu/data/upload/Portfolio/files/focus-overzicht-financien-ve.pdf geraadpleegd d.d. 15 maart 2016).
De gemeente Maassluis neemt haar verantwoordelijkheid door in te zetten op schakelklassen (Centrale Opvang Maassluis). Andere ondersteunende activiteiten voor basisschoolleerlingenvallen buiten het huidige beleidskader en worden niet met een subsidie ondersteund. Ook ontbreekt het binnen de huidige begroting aan ruimte voor dergelijke initiatieven. De schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor het bestrijden van de achterstanden op de basisschool en ontvangen hiervoor jaarlijks een budget van de rijksoverheid. Het staat de individuele schoolbesturen dan ook vrij hier eigen beleid op te voeren. Huiswerkbegeleiding is één van de vele vormen van ondersteuning waartoe een school kan overgaan. De gemeente heeft er vertrouwen in dat de scholen ieder kind het onderwijs en de ondersteuning bieden dat het nodig heeft om zich goed te kunnen ontwikkelen (Alle scholen in Maassluis hebben een ondersteuningsteam binnen de school. In het ondersteuningsteam is naast de leerkracht ouders en/of leerling (bij voorkeur), de intern begeleider van de school;onderwijsspecialist (een medewerker van het samenwerkingsverband), gezinsspecialist (schoolmaatschappelijk werk), andere personen of instanties op afroep (bv. de leerplichtambtenaar) en de directeur van de school. Wanneer een kind extra ondersteuning nodig heeft, die de school niet kan organiseren of er bijvoorbeeld hulpvraag met betrekking tot de thuissituatie bestaat, kan de school terugvallen op het samenwerkingsverband voor extra ondersteuning en expertise (1 loket) bij het samenwerkingsverband tussen Schiedam, Vlaardingen en Maassluis 'Onderwijs dat past'. onderwijsdatpast.info ).

5. In hoeverre is huiswerkbegeleiding onderwerp van gesprek met het onderwijsveld?
Dit is geen onderwerp van gesprek met de scholen. Navraag door de gemeente bij de schooldirecties leert dat de ervaringen en behoeften op dit onderwerp zeer uiteenlopend zijn. Huiswerkbegeleiding wordt niet door alle scholen als de gewenste interventie bij onderwijsachterstanden gezien, noch hebben alle scholen behoefte aan het aanbieden van huiswerkbegeleiding. Op drie scholen waar die behoefte wel bestaat wordt respectievelijk de huiswerkbegeleiding uit schoolmiddelen betaald en door eigen leerkrachten gegeven; de begeleiding gegeven door een externe stichting, die door de ouders wordt betaald; de huiswerkbegeleiding niet gegeven door gebrek aan eigen middelen. Bij de andere scholen speelt de vraag niet. Omdat het standpunt van de scholen dermate varieert en de scholen beleidsvrijheid hebben op dit gebied, is inmenging van onze kant niet gewenst.

6. Welke mogelijkheden zijn er voor de gemeente om ervoor te zorgen dat goede huiswerkbegeleiding beter toegankelijk en bereikbaar kan worden voor alle kinderen?
Op dit moment ziet de gemeente Maassluis geen aanleiding om huiswerkbegeleiding te ondersteunen.
(Zie antwoord op vraag 4 en 5.)

Wij vertrouwen erop u met bovenstaande voldoende te hebben ingelicht.
Hoogachtend,
het college van burgemeester en wethouders van Maassluis,


de secretaris,                   de burgemeester,

 

Bijlage 1 Plan_tot_bestrijding_onderwijsachterstanden_2016-2019.pdf

Bijlage 2 Raadsbesluit_tot_vaststellen_Plan_bestrijding_onderwijsachterstanden_2016-2019.pdf

Blijage 3 Bestedingsmogelijkheden_VVE.pdf

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.