CDA jongeren voeren actie in een paardenkar door Den Haag
Woensdag 8 maart gingen jongeren uit Molenlanden naar Den Haag met een paardenkar. De jongeren wilden hiermee aandacht vragen voor het openbaar vervoer, dat steeds meer verslechtert. Ook wilden zij aandacht vragen voor andere problemen van het platteland, zoals de woningtekorten.
Een van de jongeren die mee was op de paardenkar is kandidaat statenlid Dagmar van den Herik uit Nieuw-Lekkerland, die op plek 6 bij de komende verkiezingen. Dagmar: ‘’In Zuid-Holland is het aantal ov-haltes met 9% ingekrompen de afgelopen vijf jaar. Daarbij komt dat busverbindingen niet altijd optimaal zijn, zoals de verbinding van Sliedrecht naar Streefkerk. Ook horen we de laatste weken veel klachten van vrienden of kennissen over bussen die uitvallen. Dat is zorgelijk, omdat jongeren, mensen met een beperking, ouderen en forenzen dagelijks gebruik maken van het ov. Zonder dat zijn zij nergens.’’ Reden voor Dagmar om zich kandidaat te stellen voor de provinciale staten, want daar worden de aanbestedingen voor het ov gerealiseerd.
Ook willen de jongeren aandacht vragen voor andere problemen omtrent de leefbaarheid. Dagmar: “Je ziet dat in een aantal dorpen niet tot nauwelijks wordt gebouwd, met als gevolg dat jonge mensen wegtrekken. Dat terwijl je die mensen hartstikke hard nodig hebt om scholen en winkels open te houden. Al zouden ook kleine dorpen de mogelijkheid hebben een straatje bij te bouwen, kun je ervoor zorgen dat de leefbaarheid in stand blijft en mensen met plezier kunnen blijven in het dorp waar zij zijn opgegroeid.”
De boodschap met enkele concrete voorstellen werd door de jongeren meegenomen op de paardenkar vanaf het Mauritshuis tot aan het provinciehuis. Hier hebben zij deze voorstellen overgedragen aan gedeputeerde Meindert Stolk en Tweede Kamerlid Harmen Krul. Onder andere met deze voorstellen wil Dagmar, mocht zij in de provincie komen, komende jaren keihard aan de slag om de kloof tussen Den Haag en platteland te dichten.