Op zondag 13 oktober hield politiek leider Henri Bontenbal een 'preek van de leek' in de Remonstrantse Arminiuskerk. 

Henri: "Elke dag worden er ontelbaar veel mensen op heterdaad betrapt. Als zij de wet hebben overtreden, worden zij berecht volgens het strafrecht. Terecht. Maar de samenleving zou er zoveel mooier van worden als we vanuit een ander mensbeeld naar elkaar kijken. Als we erkennen dat een mens meer is dan hij misdaan heeft."

Lees Henri's hele preek hieronder.

Beste aanwezigen, 

Eén van de mooiste verhalen uit het Nieuwe Testament is voor mij het verhaal uit Johannes 8, waarin Jezus in de tempel is om onderwijs te geven. Na het Loofhuttenfeest, dat zeven dagen duurt, is hij de Olijfberg opgegaan en meteen daarna doorgegaan naar de tempel. Jezus is dus die nacht niet thuis geweest. Er zijn veel mensen op hem afgekomen om naar Hem te luisteren. Maar Jezus wordt opeens onderbroken. De schriftgeleerden en farizeeën brengen een vrouw bij Jezus die op heterdaad is betrapt toen ze overspel pleegde. Een vrouw die ook die nacht niet thuis is geweest, maar in de nasleep van het feest een verkeerde afslag heeft genomen, met alle gevolgen van dien voor haarzelf en haar omgeving. De vrouw lag met een andere man in bed, niet met haar eigen man. De vrouw wordt in het midden gezet en daaromheen staan haar aanklagers. En Jezus staat erbij. Alle omstanders weten wat er in de wet van Mozes staat. Deze vrouw moet gestenigd worden. U kunt zich voorstellen hoe de menigte erbij staat: mannen die met verachting neerkijken op deze vrouw. Ze genieten misschien ook wel van de sensatie, het relletje, de ophef. Iedereen voelt zich in ieder geval beter dan deze vrouw. Zijzelf zijn goed, zij is slecht. Hun oordeel staat al klaar. 

Ik denk dat wij hier een parallel met de huidige tijd kunnen zien. Onze samenleving heeft een harde kant, die we terugzien in een ongenadige cancelcultuur, in een harde afrekencultuur. Hardvochtigheid vermomd als deugdzaamheid. Aan de ene kant zijn we allemaal vrij, zien we persoonlijke autonomie als het hoogste goed en moedigen we iedereen aan zichzelf te ontplooien. Aan de andere kant zijn we niet vrij, zijn we bang om een fout te maken en kan het oordeel van anderen ongenadig hard zijn. In deze tijd ben je zelf verantwoordelijk voor je eigen succes. Als je dat niet lukt, dan is falen je eigen schuld. Want ja, ‘de mogelijkheden zijn oneindig’. In ons mensbeeld lijkt er geen plek te zijn voor het menselijk tekort. Maar wij, mensen, zijn kwetsbaar en we falen met regelmaat. Niemand is perfect. Wij niet, en de samenleving ook niet. Als we te weinig rekening houden met het menselijk tekort, met de kwetsbaarheid van het bestaan, worden we hard en onbarmhartig. Je ziet het effect van deze onbarmhartige houding terug in de mentale gezondheid van jongeren. 1 op de 7 jongeren onder de 18 krijgt een vorm van jeugdzorg. 44% van de jongeren geeft aan zich eenzaam te voelen. En ruim de helft van alle studenten heeft last van prestatiedruk. Ik zie dat als een gevolg van ons onrealistisch, te veeleisend mensbeeld. 

Ik vraag me ook af: waar is de overspelige man in dit verhaal? Zijn er niet twee schuldigen? Voor de wet van Mozes is de man immers net zo goed schuldig. Het verhaal in Johannes 8 weerspiegelt een cultuur waarin de man niet gelijkwaardig is aan de vrouw. We zien hier een dubbele moraal. Blijkbaar mag de man zijn gang gaan en wordt de vrouw gecanceld. Ook dat zien we in onze tijd: de meetlat is niet voor iedereen gelijk. En niet iedere zonde telt even zwaar. 

Terug naar het verhaal. De vrouw heeft een misstap begaan en de wet van Mozes is duidelijk. De vrouw moet gestenigd worden. Maar de Schriftgeleerden en Farizeeën willen meer uit deze zaak halen. Ze willen Jezus klem zetten. Ze willen dat Hij kleur bekent. Ze willen dat Hij een kant kiest: De kant van de zondaar of de kant van de wet. En dus vragen ze Hem: Wat zegt U dat wij met haar moeten doen? Als antwoord op de vraag doet Jezus iets wat wij veel te weinig doen: Hij zwijgt. Hij bukt en schrijft met Zijn vinger in het zand. Wat zou Jezus geschreven hebben? Zou Hij de zonden van de aanwezige mensen opgeschreven hebben? Of hun namen? “Zij die de bron van het levende water verlaten, worden op de grond geschreven”, schreef Jeremia immers? Zou het een verwijzing zijn geweest naar de Wet van Mozes die God met Zijn vinger op stenen tafelen schreef? Of zou Hij figuurtjes in het zand getekend hebben om zich daarmee te distantiëren van de aanklagers? De dichter Gerrit Achterberg, zelf ook niet van onbesproken gedrag, schreef er deze regels over: Jezus schreef met Zijn vinger in het zand. Hij bukte Zich en schreef in 't zand, wij weten niet wat Hij schreef, Hij was het zelf vergeten, verzonken in de woorden van Zijn hand. Hoe het ook zij, de mensen blijven aandringen. ‘Jezus, kom op, wat denkt U?’ Eindelijk opent Jezus Zijn mond. ‘Wie van u zonder zonde is, laat die als eerste een steen op haar werpen.’ Iemand moet beginnen. Dus laat maar diegene beginnen die denkt dat hij daar het recht toe heeft. Het staat vast dat de zondaar moet sterven. Daar is de wet van Mozes duidelijk over. Maar wie zal de zondaar doden? Dat kan toch alleen diegene zijn die geen zonde heeft. En wie is dat? 

Ik zie zo voor me dat het nu doodstil wordt in de tempel. Want met één zin heeft Jezus de rollen omgedraaid. De aanklagers worden de aangeklaagde. Ik was bezig iemand anders te cancelen en nu word ik zelf gecanceld. Nu keert de norm die ik zelf gesteld heb voor een ander, zich tegen mij. Nu blijk ook ik zelf vol fouten te zitten. En nu kan ik me ook niet meer verschuilen achter de groep, want ik word persoonlijk gevraagd hoe het eigenlijk zit met mij. Nu zie ik in dat ook ik alleen maar leef dankzij genade en vergeving. Weer wordt het doodstil in de tempel, maar nu omdat iedereen afdruipt. De oudsten als eerste. Dat spreekt dan nog in hun voordeel. Het geweten van de mensen met de meeste levenservaring, spreekt blijkbaar het hardst. Stilletjes sluipen ze weg, voordat de ogen op hun zonden worden gericht. Alleen Jezus en de vrouw blijven over. ‘Waar zijn je aanklagers gebleven’, vraagt Hij. ‘Heeft niemand je veroordeeld?’ ‘Niemand Heer’, antwoordt ze. 

Toch is er nog één die haar had kunnen aanklagen. Zou Jezus het recht niet hebben om haar aan te klagen? Maar juist Hij antwoordt: ‘Dan veroordeel Ik u ook niet’. En dat antwoord is de reden waarom ik dit één van de mooiste verhalen uit de Bijbel vind. Het is zo weinig veroordelend en daarmee een spiegel voor onze soms bikkelharde tijd. Jezus ziet af van een oordeel. Omdat Hij barmhartig is en weet heeft van het menselijk tekort. Omdat Hij deze vrouw een ruimte gunt om zichzelf onder ogen te komen, zonder gezichtsverlies te lijden. Omdat Hij deze vrouw een toekomst gunt. De reactie van Jezus is gericht op de toekomst. ‘Ga heen en zondig niet meer’, zegt Jezus. Zijn reactie is geen vrijbrief om je eigen gang te gaan. Genade en vergeving maken vrij om de toekomst in te gaan en het steeds opnieuw te mogen proberen. 

Jezus en de overspelige vrouw, het is een prachtig verhaal. Een verhaal dat in al die eeuwen niets aan relevantie heeft ingeboet. Ik wil tot slot dit verhaal op twee manieren toepassen op onze tijd. Allereerst, het wordt tijd dat we bewegen naar een realistischer mensbeeld. Een mensbeeld waarin we erkennen dat er zoiets bestaat als het menselijk tekort. Een visie op de mens met ruimte om te falen. En dat we dit mensbeeld zowel in ons leven als in de politiek toepassen. Want nu hebben we een mensbeeld dat niet klopt. We denken dat we perfect kunnen zijn, als we maar hard genoeg werken. Maar daardoor zijn we kil geworden voor mensen die fouten maken of niet succesvol zijn. Staan we continu paraat met stenen in onze hand. Je ziet dit terug in allerlei schandalen van onze tijd. Bijvoorbeeld in onze omgang met mensen die een fout hebben gemaakt bij het invullen van overheidsformulieren. Jarenlang hebben we die mensen veel te hard afgerekend op die ene fout. Of in onze omgang met persoonlijkheden die grensoverschrijdend gedrag hebben vertoond. Ze durven zich maandenlang niet in het openbaar te vertonen. Dit werkt op de lange termijn alleen maar averechts. Want doordat we in zo’n afrekencultuur leven, zorgen we ervoor dat mensen hun fouten zo lang mogelijk verborgen willen houden. Fouten worden namelijk pas erkend in een klimaat waarin vergeving mogelijk is. Waarin het veilig is om je fout te erkennen. En niet in een klimaat waarin iedereen klaar staat met de stenen van veroordeling. Ik denk dat we met een realistisch mensbeeld waarin het menselijk tekort erkend wordt milder kunnen worden. Dat we dan de stenen uit onze hand durven laten vallen, omdat we beseffen dat we zelf ook niet perfect zijn. Dit is niet een pleidooi om straffen op overtredingen af te schaffen. Maar het is wel een pleidooi om een onderscheid te maken tussen wat iemand doet en wie iemand is. Een mens is altijd meer dan wat hij misdaan heeft. Als we milder worden naar mensen die fouten maken, is herstel mogelijk en kunnen mensen werkelijk tot bloei komen. Niet alleen individuen, maar ook de samenleving kan daar mooier van worden. 

Een tweede toepassing van dit verhaal is dat we onszelf onderzoeken voordat we een schuldige aanwijzen. Wij hebben als mensen een sterke neiging ons op de fouten van anderen te richten. Ook in de politiek. Het zijn vaak andere landen, andere partijen en andere mensen die wij als schuldige aanwijzen als er iets misgaat. Zondebokpolitiek zou je het kunnen noemen. Maar zo’n houding heeft enorme maatschappelijke en politieke gevolgen. Het zet de interactie die het vredig samenleven mogelijk maakt onder druk. Laten we daarom juist beginnen door onze eigen fouten te erkennen. Door in te zien dat het kwaad ook in onszelf zit. Want door eerst naar onszelf te kijken, door de stenen uit onze handen te laten vallen en te beseffen dat niemand perfect is, dat fouten gemaakt worden, kunnen wij bruggen bouwen en vrede stichten. Laten we daarom nooit proberen een crisis op te lossen door een schuldige aan te wijzen. Alsof wij de goeden zijn en anderen de slechten. Deze tijd is meer gebaat bij nederige zelfreflectie dan bij stoere publieke standpunten. Elke dag worden er ontelbaar veel mensen op heterdaad betrapt. Als zij de wet hebben overtreden, worden zij berecht volgens het strafrecht. Terecht. Maar de samenleving zou er zoveel mooier van worden als we vanuit een ander mensbeeld naar elkaar kijken; Als we erkennen dat een mens meer is dan hij misdaan heeft. Als we stoppen we met mensen die een fout hebben gemaakt te cancelen. Als we de stenen uit onze handen laten vallen en erkennen we dat ook wijzelf tekortkomen. Dit realistische mensbeeld zal ons helpen een brug te slaan naar onze medemens die een fout maakt. Het bevrijdt ons van het denken dat we perfect moeten zijn en dat falen onze eigen verdienste is. Het brengt zachtheid in een samenleving die hardvochtig kan zijn. Het geeft ons hoop. “Hoop is optimisme met een gebroken hart”, zegt Nick Cave. De vrouw in het verhaal uit Johannes 8 kreeg uit de handen van Jezus vergeving en hoop. Onze tijd hunkert ernaar. Amen. 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.