Dick van Dijck

Mijn naam is Dick van Dijck, 29 jaar.  Ik woon in Milsbeek, waar ik ook met veel plezier ben opgegroeid. In Milsbeek, een dorp waar ik trots op ben, ben ik op zondag te vinden bij de voetbalclub SV Milsbek. Ik speel hier in het derde elftal, waarbij ook de derde helft een belangrijke is… Dit is voor mij misschien nog wel belangrijker dan het voetbal zelf. Hierdoor ben ik dus ook veel te vinden in het Milsbeekse verenigingsleven. Na diverse studies ben ik in het dagelijkse leven druk met verschillende activiteiten. Zo sta ik een aantal dagen op de markt, met de verkoop van brood en banket bij het Stoepje; ben ik sinds kort ingestapt bij de camping van mijn moeder; Camping het Zwammetje, welke we samen toekomst bestendig aan het maken zijn, en verder werk ik als ‘trainer’ waar ik bij bedrijven als zelfstandige over de vloer kom voor bijvoorbeeld VCA veiligheidsdagen.

Al heel lange tijd ben ik geïnteresseerd in de politiek en heb het altijd op de voet gevolgd, voornamelijk de landelijke politiek. Die interesse heeft er voor gezorgd dat ik uiteindelijk bij het CDA terecht ben gekomen. Het CDA Gennep past bij mij omdat hier aanpakken belangrijk is. De uitdrukking ‘niet lullen maar poetsen’ past zowel bij het CDA Gennep, als bij mij.  Enkele zaken waar ik voor sta is woningbouw. In mijn eigen kring merk ik hoe lastig het is om een woning te kunnen krijgen. Mensen willen blijven in de gemeente, maar moeten toch verder kijken omdat hier niets te koop/ huur is. Ook vind ik het belangrijk dat we onze kernen ‘sterk’ kunnen houden. Een buurtsuper, de voetbalclub, het dorpscafé, zaken welke zo belangrijk zijn. Hierin zullen we moeten blijven kijken hoe we dit kunnen behouden. Verder ben ik voorstander van een voorrangspositie voor mensen uit de gemeente bij nieuwbouwprojecten. Ook vind ik dat er meer aandacht besteed moet worden aan verpaupering tegen gaan. Leegstaande panden of braakliggende terreinen, er zijn er te veel om op te noemen in onze gemeente. 

Raadslid: Dick van Dijck

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.