Raadslid Heijnen stelt vragen over sociale huurders die eigenaar zijn van meerdere koopwoningen na landelijk onderzoek door het Kadaster en het NRC. “Een heel oneerlijke vorm van scheefhuur, om een sociale huurwoning bezet te houden terwijl er zulke wachtlijsten zijn, en je zelf meerdere koophuizen op je naam hebt staan.”
Huurhuizen worden soms doorverhuurd, of juist het koophuis wordt verhuurd terwijl goedkoop in een sociale huurwoning gewoond wordt. “Er is een pandjesbaas met 59 huizen, die dus in een corporatiewoning woont. Dit soort excessen moeten tegengegaan worden” aldus Heijnen. In Leiden zijn dat 11 huurders met in totaal 36 koophuizen op hun naam.
“Leidse corporaties die ik gesproken heb willen hier ook op kunnen ingrijpen. Het is niet de bedoeling van sociale huur.” In Amsterdam is corporatie Eigen Haard al sinds 2019 bezig met de aanpak van deze categorie scheefhuurders. Sinds 2019 zijn honderden huurders met één koopwoning, en tientallen met meerdere huizen ontdekt. Financieel gewin, een extra plek voor zichzelf of familie, een pied-à-terre of vangnet voor als een relatie beëindigd wordt zijn de motieven die Eigen Haard tegenkomt.
Over inkomensafhankelijke huur heeft Heijnen al meerdere gesprekken gevoerd met corporaties, in de commissie stedelijke ontwikkeling en met woningzoekenden. In Leiden is er in totaal nog 20% scheefhuur. Heijnen: “Dat is gewoon veel te veel. Ik hoop dan ook dat voorstellen die het CDA in de raad doet overgenomen kunnen worden.”
Lees het onderzoek terug in het NRC: www.nrc.nl/nieuws/2021/01/26/huren-van-de-corporatie-terwijl-je-59-panden-bezit-a4029306