Extra energietoeslag Zwijndrecht en Heerjansdam!
Afgelopen 11 oktober heeft de gemeenteraad van Zwijndrecht in haar carrousel en daaropvolgende raadsvergadering de inzet van een extra energietoeslag - specifiek voor de groep inwoners met een inkomen tussen de 120 en 130 procent van het wettelijk sociaal minimum - besproken.
Het CDA kijkt voldaan terug op deze dag vanwege twee redenen: (1) het desbetreffende raadsvoorstel om niet 300 euro (zoals het Algemeen Bestuur van de GR Sociaal aanraadde), maar 500 euro extra uit te keren (zoals de gemeente zelf aanraadde) is unaniem door de raad aangenomen; en (2) het CDA heeft een toezegging te pakken over de inzet van overgebleven TONK middelen. Over dat laatste volgt onderstaand meer.
Allereerst; wat willen we bereiken met het uitkeren van deze extra energietoeslag?
Middels het uitkeren van deze extra energietoeslag hopen wij te kunnen helpen in het gedeeltelijk verminderen van de financiële lasten die sommige van onze inwoners ervaren door gestegen energieprijzen. Zoals eerder benoemd komt deze extra toeslag specifiek ten goede aan inwoners met een inkomen tussen de 120 en 130 procent van het wettelijk sociaal minimum. Dit omdat zij tot dusver nog geen aanvullende lastenverlichtende toeslag hadden gekregen, zoals bij de groep 100-120% een paar maanden geleden wèl het geval was.
Om deze toeslag te kunnen uitkeren zal Zwijndrecht om en nabij 264 duizend euro vanuit de door de overheid beschikbaar gestelde TONK (Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten) middelen kunnen gebruiken.
De TONK middelen waren in eerste instantie bedoeld voor huishoudens die door corona te maken kregen met 'een onvoorziene en onvermijdelijke inkomstenterugval’, maar ondertussen mag een gemeente deze middelen ook inzetten voor bijvoorbeeld lastenverlichtende maatregelen als het gaat om energie.
Terugkomende op de 264 duizend euro, betekent dit echter dat er naar schatting nog ruim 120 duizend euro aan niet-uitgekeerde TONK middelen door de gemeente zullen worden overgehouden.
Hierover vroegen wij de portefeuillehouder om een toezegging: kon de portefeuillehouder ons toezeggen dat het college gaat nadenken over hoe de - na uitvoering van dit raadsvoorstel - overgebleven TONK middelen kunnen worden ingezet voor lastenverlichting, ten opzichte van de stijgende gas- en stroomprijzen, voor de groep tussen de 130 en 140 procent van het wettelijk sociaal minimum?
Dit vonden wij als CDA belangrijk, omdat we hiermee twee dingen voorkomen: (1) dat de TONK middelen na verloop van tijd verdwijnen in de algemene reserves; en (2) dat mensen in de groep tussen 130 en 140 procent van het wettelijk sociaal minimum compleet buiten de boot vallen wat betreft de lastenverlichtende maatregelen. Ook in deze inkomensgroep bevinden zich ten slotte mensen met urgente noden.
De portefeuillehouder heeft het CDA de toezegging gedaan dat het college inderdaad gaat kijken naar hoe de overgebleven TONK middelen volledig kunnen worden ingezet voor verdere toekomstige lastenverlichtende maatregelen, zo voorkomen we dus dat het geld inderdaad in de algemene reserves zal overvloeien na verloop van tijd.
Wat betreft de groep 130-140% van het wettelijk sociaal minimum zei de portefeuillehouder dat hij het creëren van een aparte maatregel, specifiek voor deze doelgroep, steeds minder effectief acht. Dit mede vanwege bijvoorbeeld de hulp die sommige werkgevers op dit moment bieden aan werknemers die zich in deze inkomensgroep bevinden en het relatief kleine bedrag aan TONK middelen dat er met dit besluit nog over is gebleven. Wel deed hij de toezegging dat er gekeken zal worden naar een goede besteding van het overgebleven bedrag binnen de groep tot 130% van het wettelijk sociaal minimum. Dit stemt het CDA positief.
- Tristan Vlok ([email protected])