Ruud Lubbers en het Wetenschappelijk Instituut
^ Ruud Lubbers op het WI-symposium 'Christendemocratie als beweging voor de toekomst' op 12/13 mei 1995.
Na zijn premierschap was Ruud Lubbers voorzitter van het bestuur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA (WI). Op 14 februari 2018 overleed hij op 78-jarige leeftijd. Jos van Gennip, oud-directeur van het WI, haalt herinneringen op. Het ging Lubbers altijd om 'de interactie tussen politiek, wetenschap en geloof'.
Binnen een jaar na zijn aftreden als minister-president in 1994 treedt Lubbers aan als voorzitter van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA. De verdieping van de christendemocratie was een prioriteit voor hem. Zo zal hij vier - cruciale - jaren, van september 1995 tot juni 1999, vanuit de formele verantwoordelijkheid als WI-voorzitter gaan bijdragen aan het herstelproces en de heroriëntering van de christendemocratie.
Maar zijn engagement oversteeg deze vier jaren en deze formele status ruimschoots. Je zou kunnen zeggen dat de kern van Lubbers' bijdrage aan de Nederlandse geschiedenis juist was: de interactie tussen politiek, wetenschap en geloof. Als ik hem in 1960 benader als student in Rotterdam en vertel over het initiatief om katholieke studenten systematisch te gaan interesseren voor politieke vraagstukken en verantwoordelijkheid om zo hun afstandelijkheid en soms arrogantie te doorbreken, is Ruud meteen enthousiast. Snel na zijn afstuderen zal Marga Klompé hem betrekken bij het werk van het als vrucht van het Vaticaans Concilie opgerichte Justitia et Pax, in feite een internationale denktank over vraagstukken van vrede en mondiale armoedebestrijding. En zo zal het doorgaan: van zijn hoogleraarschap globalisering in Tilburg tot zijn betrokkenheid bij het Earth Charter en het concept van de circulaire economie in zijn laatste jaren. Met daartussenin altijd die drieslag van politiek, wetenschap en geloof. En dat vond weer zijn kristallisatiepunt in zijn relatie met het WI; voor, tijdens en na zijn premierschap.
Het WI en Lubbers tijdens zijn fractievoorzitterschap (1978-1982)
Tijdens zijn fractievoorzitterschap (1978-1982) was er de inzet om niet alleen de drie partijen (ARP, CHU en KVP) tot een organisatorische eenheid te brengen, maar hen ook te verenigen op een gemeenschappelijke visie. Het zal het concept worden van de verantwoordelijke samenleving. Herman Wijffels en Jan Peter Balkenende conceptualiseerden het en werkten het later uit vanuit het WI, maar met de aanmoediging en de inbreng van Lubbers. Drie decennia zal deze echt onderscheidende visie op maatschappij, markt en overheid het herkenbare en samenbindend verschil maken van het CDA ten opzichte van andere stromingen.
Lubbers zelf had ook zijn inbreng in het werk van het Wetenschappelijk Instituut. Zo was hij zeer betrokken bij de redactie van het tijdschrift Christen Democratische Verkenningen, een blad met een snel stijgende kwaliteit en grote relevantie. Er ging geen redactievergadering voorbij of Lubbers schoof aan. Soms maar even, maar hij was er. Met twee directe effecten: de brug die zo geslagen werd tussen de wereld van de reflectie en de wetenschap enerzijds en de betekenis voor en vragen vanuit de directe politiek anderzijds. Hij wenste geen hoogdravende, niet-relevante spielereien, maar ook geen te verwaarlozen status van het blad in de marge van een politieke beweging. Dat alles werd versterkt doordat de trouwe aanwezigheid van zo'n centrale figuur als een magneet werkte op presentie van aanwezige redacteuren en een unieke aantrekkingskracht had op nieuwkomers. Daar gebeurde het en de reputatie van CDV kon er jaren op teren.
Het WI en Lubbers tijdens zijn premierschap (1982-1994)
Ook tijdens zijn premierschap bleef Lubbers nauw verbonden met het WI. Eigenlijk heeft een denktank van een politieke partij een betere tijd wanneer de beweging in de oppositie zit en het gaat om het presenteren van alternatieven, dan wanneer het in gouvernementele tijden de verwante bewindslieden al snel voor de voeten loopt. Maar bij alle besognes vond Lubbers tijd om intensief, zeer intensief met ''zijn'' WI in contact te blijven. Wel verschilden de onderwerpen nu. Van concrete vraagstukken ging het veel meer de richting uit van fundamentele benaderingen uit onze tradities. Zijn belangstelling voor de betekenis van Dooyeweerd groeide, en van Cobbenhagen en Schillebeeckx. En wat betekende dat echt, dat concept van "publieke gerechtigheid" dat WI-stafmedewerker Ab Klink aan het uitwerken was. Avonden lang had hij er voor over, liefst in een etablissement aan zee. Geen vervreemding, maar juist die uitnodiging aan het WI: besteed nu je tijd aan de echte fundamenten van de christendemocratie en vul eens in wat het betekent dat ''wij het zelf zijn, die de tijden zijn en moeten maken'' (Augustinus). Het is een van zijn meest geliefde citaten.
Het concept van de verantwoordelijke samenleving kreeg zijn institutionele neerslag en uitwerking in het jaarlijkse overzicht van de financiële staat van ons land en de voorgestelde richting voor de toekomst tijdens het premierschap. Zijn opvattingen over de soliditeit van de Rijksbegroting verbond hij steevast met zijn visie op de verantwoordelijkheid die een samenleving toekomt. Het waren moeilijke jaren, met onbeheersbare overheidstekorten en een gierende inflatie die juist ook voor de eigen achterban verwoestende consequenties had. Lubbers had voor de visievorming en voor het bijeenhouden van een dikwijls tweespaltige fractie een diepgaande jaarlijkse studie nodig. Het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA schreef die studie; de auteurs waren Jelle Zijlstra (oud-premier en oud-president van De Nederlandsche Bank), Herman Wijffels en Jan Peter Balkenende. Pers en politiek keken met spanning iedere keer weer uit naar zo'n vitamine-injectie in het financieel-economische debat.
Het WI en Lubbers na zijn premierschap (1994-2018)
Na de Tweede Kamerverkiezingen van 1994 volgden acht jaren politieke wildernis van het CDA. Lubbers behield een onwrikbaar geloof in de meerwaarde van de christendemocratie. Het lag alleen al om die reden voor de hand dat hij in 1995 voorzitter van het bestuur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA werd. Hij vond dat het CDA die meerwaarde van de christendemocratie alleen kon invullen via kruisbestuivingen met partners uit Europa en andere werelddelen. Zijn benadering kenmerkte zich door steeds een punt aan de horizon te zetten en vervolgens terug te redeneren naar de gevolgen voor het beleid, bijvoorbeeld op het terrein van integratie en multiculturaliteit. Lubbers zette zich - op de achtergrond weliswaar - in voor het bijzondere CDA-hersteldocument ''Nieuwe Wegen, Vaste Waarden'', dat mede richting zou geven aan de kabinetten-Balkenende. En hij besefte in die tijd meer en meer de diepte van de betekenis van de Blijde Boodschap en de opdracht om dat Rijk van Vrede en Gerechtigheid hier naderbij te brengen. Besef, nooit in grote woorden naar buiten gebracht en zeker nooit opdringerig.
Maar juist daarom soms met onverwachte invloed. Lubbers was nauw betrokken bij het opstellen van het Handvest van de Aarde, dat in 2000 werd gelanceerd. Die passage in het Handvest, die sterk door hem is beïnvloed, zegt eigenlijk bijna alles: ''Laat onze tijd de geschiedenis ingaan als een tijdperk van de omslag naar een nieuwe eerbied voor het leven, de vastbeslotenheid om duurzame ontwikkeling te realiseren, een intensivering van de strijd voor gerechtigheid en vrede en de vreugdevolle viering van het leven." De volheid van dit ideaal en dit engagement kwamen niet uit de lucht vallen. Het was een rijpingsproces waarin de dialoog met het WI ook een rol heeft gespeeld en het werd bekroond met een, historisch uitzonderlijk, overneming van deze passage uit het Handvest in een Pauselijke Encycliek, die van Paus Franciscus, Laudato Si'.
Tot op het laatst bleef Lubbers zijn interesse houden in het WI, overtuigd als hij was dat het denken en de inspiratie van het WI en zijn vele gedreven adviseurs de onmisbare instelling was, die de christendemocratie kon behoeden voor zouteloosheid en overbodigheid.
Dat citaat in het Handvest van de Aarde zegt bijna alles over Ruuds inzet en over hoe hij de laatste jaren geworden is. Bijna, want er was nog een andere zin, die hem zo lief was, die van Schillebeeckx over ''Hij, die aan de einder wenkt''. Die einder is nu bereikt in een leven hier, dat door die drieslag geloof-politiek-wetenschap getekend is en waarvoor het Wetenschappelijk Instituut in grote dankbaarheid het hoofd moet buigen.
Mr. Jos van Gennip was directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA van 1990 tot 2000 en is oprichter van het studiecentrum Socires voor een verantwoordelijke samenleving.
^ Ruud Lubbers op het WI-symposium 'Christendemocratie als beweging voor de toekomst' op 12/13 mei 1995.
Na zijn premierschap was Ruud Lubbers voorzitter van het bestuur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA (WI). Op 14 februari 2018 overleed hij op 78-jarige leeftijd. Jos van Gennip, oud-directeur van het WI, haalt herinneringen op. Het ging Lubbers altijd om 'de interactie tussen politiek, wetenschap en geloof'.
Binnen een jaar na zijn aftreden als minister-president in 1994 treedt Lubbers aan als voorzitter van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA. De verdieping van de christendemocratie was een prioriteit voor hem. Zo zal hij vier - cruciale - jaren, van september 1995 tot juni 1999, vanuit de formele verantwoordelijkheid als WI-voorzitter gaan bijdragen aan het herstelproces en de heroriëntering van de christendemocratie.
Maar zijn engagement oversteeg deze vier jaren en deze formele status ruimschoots. Je zou kunnen zeggen dat de kern van Lubbers' bijdrage aan de Nederlandse geschiedenis juist was: de interactie tussen politiek, wetenschap en geloof. Als ik hem in 1960 benader als student in Rotterdam en vertel over het initiatief om katholieke studenten systematisch te gaan interesseren voor politieke vraagstukken en verantwoordelijkheid om zo hun afstandelijkheid en soms arrogantie te doorbreken, is Ruud meteen enthousiast. Snel na zijn afstuderen zal Marga Klompé hem betrekken bij het werk van het als vrucht van het Vaticaans Concilie opgerichte Justitia et Pax, in feite een internationale denktank over vraagstukken van vrede en mondiale armoedebestrijding. En zo zal het doorgaan: van zijn hoogleraarschap globalisering in Tilburg tot zijn betrokkenheid bij het Earth Charter en het concept van de circulaire economie in zijn laatste jaren. Met daartussenin altijd die drieslag van politiek, wetenschap en geloof. En dat vond weer zijn kristallisatiepunt in zijn relatie met het WI; voor, tijdens en na zijn premierschap.
Het WI en Lubbers tijdens zijn fractievoorzitterschap (1978-1982)
Tijdens zijn fractievoorzitterschap (1978-1982) was er de inzet om niet alleen de drie partijen (ARP, CHU en KVP) tot een organisatorische eenheid te brengen, maar hen ook te verenigen op een gemeenschappelijke visie. Het zal het concept worden van de verantwoordelijke samenleving. Herman Wijffels en Jan Peter Balkenende conceptualiseerden het en werkten het later uit vanuit het WI, maar met de aanmoediging en de inbreng van Lubbers. Drie decennia zal deze echt onderscheidende visie op maatschappij, markt en overheid het herkenbare en samenbindend verschil maken van het CDA ten opzichte van andere stromingen.
Lubbers zelf had ook zijn inbreng in het werk van het Wetenschappelijk Instituut. Zo was hij zeer betrokken bij de redactie van het tijdschrift Christen Democratische Verkenningen, een blad met een snel stijgende kwaliteit en grote relevantie. Er ging geen redactievergadering voorbij of Lubbers schoof aan. Soms maar even, maar hij was er. Met twee directe effecten: de brug die zo geslagen werd tussen de wereld van de reflectie en de wetenschap enerzijds en de betekenis voor en vragen vanuit de directe politiek anderzijds. Hij wenste geen hoogdravende, niet-relevante spielereien, maar ook geen te verwaarlozen status van het blad in de marge van een politieke beweging. Dat alles werd versterkt doordat de trouwe aanwezigheid van zo'n centrale figuur als een magneet werkte op presentie van aanwezige redacteuren en een unieke aantrekkingskracht had op nieuwkomers. Daar gebeurde het en de reputatie van CDV kon er jaren op teren.
Het WI en Lubbers tijdens zijn premierschap (1982-1994)
Ook tijdens zijn premierschap bleef Lubbers nauw verbonden met het WI. Eigenlijk heeft een denktank van een politieke partij een betere tijd wanneer de beweging in de oppositie zit en het gaat om het presenteren van alternatieven, dan wanneer het in gouvernementele tijden de verwante bewindslieden al snel voor de voeten loopt. Maar bij alle besognes vond Lubbers tijd om intensief, zeer intensief met ''zijn'' WI in contact te blijven. Wel verschilden de onderwerpen nu. Van concrete vraagstukken ging het veel meer de richting uit van fundamentele benaderingen uit onze tradities. Zijn belangstelling voor de betekenis van Dooyeweerd groeide, en van Cobbenhagen en Schillebeeckx. En wat betekende dat echt, dat concept van "publieke gerechtigheid" dat WI-stafmedewerker Ab Klink aan het uitwerken was. Avonden lang had hij er voor over, liefst in een etablissement aan zee. Geen vervreemding, maar juist die uitnodiging aan het WI: besteed nu je tijd aan de echte fundamenten van de christendemocratie en vul eens in wat het betekent dat ''wij het zelf zijn, die de tijden zijn en moeten maken'' (Augustinus). Het is een van zijn meest geliefde citaten.
Het concept van de verantwoordelijke samenleving kreeg zijn institutionele neerslag en uitwerking in het jaarlijkse overzicht van de financiële staat van ons land en de voorgestelde richting voor de toekomst tijdens het premierschap. Zijn opvattingen over de soliditeit van de Rijksbegroting verbond hij steevast met zijn visie op de verantwoordelijkheid die een samenleving toekomt. Het waren moeilijke jaren, met onbeheersbare overheidstekorten en een gierende inflatie die juist ook voor de eigen achterban verwoestende consequenties had. Lubbers had voor de visievorming en voor het bijeenhouden van een dikwijls tweespaltige fractie een diepgaande jaarlijkse studie nodig. Het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA schreef die studie; de auteurs waren Jelle Zijlstra (oud-premier en oud-president van De Nederlandsche Bank), Herman Wijffels en Jan Peter Balkenende. Pers en politiek keken met spanning iedere keer weer uit naar zo'n vitamine-injectie in het financieel-economische debat.
Het WI en Lubbers na zijn premierschap (1994-2018)
Na de Tweede Kamerverkiezingen van 1994 volgden acht jaren politieke wildernis van het CDA. Lubbers behield een onwrikbaar geloof in de meerwaarde van de christendemocratie. Het lag alleen al om die reden voor de hand dat hij in 1995 voorzitter van het bestuur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA werd. Hij vond dat het CDA die meerwaarde van de christendemocratie alleen kon invullen via kruisbestuivingen met partners uit Europa en andere werelddelen. Zijn benadering kenmerkte zich door steeds een punt aan de horizon te zetten en vervolgens terug te redeneren naar de gevolgen voor het beleid, bijvoorbeeld op het terrein van integratie en multiculturaliteit. Lubbers zette zich - op de achtergrond weliswaar - in voor het bijzondere CDA-hersteldocument ''Nieuwe Wegen, Vaste Waarden'', dat mede richting zou geven aan de kabinetten-Balkenende. En hij besefte in die tijd meer en meer de diepte van de betekenis van de Blijde Boodschap en de opdracht om dat Rijk van Vrede en Gerechtigheid hier naderbij te brengen. Besef, nooit in grote woorden naar buiten gebracht en zeker nooit opdringerig.
Maar juist daarom soms met onverwachte invloed. Lubbers was nauw betrokken bij het opstellen van het Handvest van de Aarde, dat in 2000 werd gelanceerd. Die passage in het Handvest, die sterk door hem is beïnvloed, zegt eigenlijk bijna alles: ''Laat onze tijd de geschiedenis ingaan als een tijdperk van de omslag naar een nieuwe eerbied voor het leven, de vastbeslotenheid om duurzame ontwikkeling te realiseren, een intensivering van de strijd voor gerechtigheid en vrede en de vreugdevolle viering van het leven." De volheid van dit ideaal en dit engagement kwamen niet uit de lucht vallen. Het was een rijpingsproces waarin de dialoog met het WI ook een rol heeft gespeeld en het werd bekroond met een, historisch uitzonderlijk, overneming van deze passage uit het Handvest in een Pauselijke Encycliek, die van Paus Franciscus, Laudato Si'.
Tot op het laatst bleef Lubbers zijn interesse houden in het WI, overtuigd als hij was dat het denken en de inspiratie van het WI en zijn vele gedreven adviseurs de onmisbare instelling was, die de christendemocratie kon behoeden voor zouteloosheid en overbodigheid.
Dat citaat in het Handvest van de Aarde zegt bijna alles over Ruuds inzet en over hoe hij de laatste jaren geworden is. Bijna, want er was nog een andere zin, die hem zo lief was, die van Schillebeeckx over ''Hij, die aan de einder wenkt''. Die einder is nu bereikt in een leven hier, dat door die drieslag geloof-politiek-wetenschap getekend is en waarvoor het Wetenschappelijk Instituut in grote dankbaarheid het hoofd moet buigen.
Mr. Jos van Gennip was directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor het CDA van 1990 tot 2000 en is oprichter van het studiecentrum Socires voor een verantwoordelijke samenleving.