Winter CDV ‘Hypotheek op de toekomst’ verschenen
Het denken in termen van ‘compensatie’ door de overheid neemt steeds grotere vormen aan, met schadelijke bijwerkingen voor de Nederlandse samenleving. Hierover gaat het nieuwste nummer van CDV, waarin een interview met Onno Ruding: ‘We leggen vrijwel alle risico’s bij de overheid. Dat vind ik een gevaarlijke ontwikkeling. Het is zaak om de risico’s te spreiden en deze ook deels bij het bedrijfsleven en de particulieren te leggen. Alleen zo komen de gewenste gedragsaanpassingen tot stand.’
Oud-minister van Financiën Onno Ruding zegt dat in de Winter CDV 2022, die gewijd is aan de schuldenproblematiek van zowel overheid als burgers. Onder de titel ‘Hypotheek op de toekomst’ worden analyses gegeven van de manier waarop de overheid met ogenschijnlijk diepe zakken burgers en bedrijven tegemoetkomt, bijvoorbeeld in de energiecrisis.
Verder in CDV een interview met Ferdinand Grapperhaus die voor het eerst terugblikt op zijn ministerschap. Hij hekelt daarin de jacht naar transparantie bij de overheid die meer ‘met rust gelaten’ moet worden. ‘Het voortdurende gehamer op een tekortschietende overheid is een groot probleem aan het worden. En de roep om meer openheid zal dit wantrouwen alleen maar doen toenemen.’ Dat alles wat een minister met ambtenaren bespreekt, openbaar moet kunnen worden, zorgt ervoor dat steeds minder ambtenaren met de inhoud van beleid bezig zijn en wakkert het wantrouwen aan, aldus Grapperhaus. ‘Er wordt altijd wel iets gevonden dat de wenkbrauwen doet fronsen, omdat het proces nog niet af was.’ Ook is hij kritisch op het CDA dat hij onder andere gebrek aan visie verwijt, en op de media die ‘te weinig zelfreflectie’ kennen. ‘Zij zijn de enige macht in onze rechtsstaat die op geen enkele manier officieel verantwoording hoeft af te leggen, maar dan moet ze het wel zelf goed doen’.
Lees hier het interview met Grapperhaus ’Overheid wordt met te veel wantrouwen bejegend’
Compensatiemaatschappij
In het interview over het thema van de Winter CDV benadrukt Onno Ruding dat de overheid de verantwoordelijkheidsverdeling goed in het oog moet houden. Als burgers en bedrijven financieel te veel tegemoet gekomen worden, ‘benut je de creativiteit binnen de samenleving en de innovatieve kracht van bedrijven onvoldoende’, stelt hij. Ook anderen waarschuwen voor de dominantie van de rol van de overheid. Hoogleraar Arnoud Boot spreekt van een ‘zonnebloemkapitalisme’: de neiging van bedrijven om zich te richten op initiatieven van de overheid die als ‘zon’ de economie energie geeft. Dit ondermijnt private verantwoordelijkheden en kan tot teleurstellingen leiden als de overheid de verwachting niet waarmaakt. Hiervoor waarschuwt ook hoogleraar christelijk-sociaal denken Arjen Siegmann, die spreekt over de gevaren van een ‘compensatiemaatschappij’. Als de overheid burgers te veel tegemoet komt, oefenen deze zich onvoldoende in het omgaan met tegenvallers. Hierdoor nemen hun creativiteit en weerbaarheid af en ontstaat er een geloof in een maakbare samenleving, met risico’s op teleurstellingen en een ‘revolutionair sentiment’. Voormalig Kamerlid Gerrit de Jong gebruikt eveneens de term ‘compensatiemaatschappij’ en had liever gezien dat het kabinet de tering naar de nering had gezet. ‘De moed om die boodschap te brengen ontbreekt echter, en dus wordt er met geld gesmeten en verwordt het begrotingsproces tot complete chaos.’
Ondertussen zorgt de compensatiemaatschappij en het aangaan van schulden dat er nog volop geconsumeerd kan worden, wat het Westen in een precaire positie kan brengen, stelt filosoof Govert Buijs. Hiermee leggen we een hypotheek bij de volgende generatie maar ook bij andere landen, die het Westen verantwoordelijk houden voor de enorme milieu- en klimaatschade. ‘Dit jaagt een steeds wijder verbreid antiwesters sentiment aan, waarin jaloezie en verontwaardiging samengaan.’ Ook Kees Buitendijk van denktank Socires wijst erop dat de huidige geldeconomie symbool staat voor een mateloze levenshouding- en stijl. ‘Dé monetair-economische opgave voor de politiek is daarom niet technisch maar sociaal-cultureel van aard.’ Hoogleraar financiële economie Dirk Bezemer mist een visie die de economie verder helpt. Volgens hem heeft er een verschuiving plaatsgevonden van het aangaan van schulden ten behoeve van innovatie en productie naar de handel in vastgoed en aandelen.
Burgers met schulden
Niet alleen de overheid, ook individuele burgers gaan steeds meer schulden aan, wat tot schrijnende situaties leidt. Hoogleraar schuldenproblematiek Nadja Jungmann hekelt het wensdenken van veel overheidsbeleid. ‘Bij gebrek aan deugdelijke beleidstheorieën gaan goede bedoelingen en grote inzet het beoogde verschil niet maken.’ Volgens de Dordtse CDA-wethouder Peter Heijkoop ontbreekt zo’n onderliggende beleidsvisie, omdat de coalitiepartijen het op dit punt niet met elkaar eens zijn. Ook hekelt hij het wantrouwen dat naar veel schuldenaars uitgaat, en vindt hij dat het CDA de eigen visie waarin juist vertrouwen centraal staat, meer moet laten horen. Net als Heijkoop benadrukt Chris Bakhuis, voorzitter van de beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders, dat veel mensen buiten hun eigen schuld om in de financiële schulden komen. ‘Flinterdun’ noemt ze de grens tussen het wel en niet hebben van problematische schulden. Nibud-directeur Arjan Vliegenthart zegt om die reden blij te zijn dat de benadering alsof schulden vooral het gevolg zijn van individuele overconsumptie plaats heeft gemaakt voor een maatschappelijke benadering van de schuldenproblematiek. In hun bijdrage over schulden op Europees niveau benadrukken hoogleraar Harald Benink en anderen dat de huidige Europese begrotingsregels onvoldoende rekening houden met de verschillen tussen landen en te weinig op duurzaam beleid gericht zijn.
Positie CDA
De Larense CDA-voorzitter Ton Soetekouw stelt in een bijdrage dat het CDA er ‘belabberd’ voor staat, wat zijns inziens het gevolg is van ‘gebrek aan visie, aan politieke overtuiging en aan effectieve communicatie’. Omdat een serieus alternatief in het politieke midden ontbreekt, is dit echter ook een kans voor de partij. Soetekouw doet een reeks voorstellen, onder andere om het politieke primaat niet bij enkele politici in kabinet of Kamer te leggen, maar bij de partij zelf. Concreet stelt hij onder andere voor om de partijvoorzitter ook de partijleider te maken. Historicus Gertjan Schutte vraagt zich af waarom het BBB, Pieter Omtzigt en Sylvana Simons wel lukt kiezers met concrete onderwerpen voor zich te winnen en het CDA minder. Dat komt deels omdat het CDA vanuit een drang naar het algemene belang het deelbelang van concrete groepen uit het oog verloren heeft. Hij roept Groen van Prinsterer tot voorbeeld om dit laatste meer te doen.
Ten slotte een debat over de vraag of het CDA de asielinstroom moet helpen verminderen. Ja, zegt het Amsterdamse raadslid Diederik Boomsma, die stelt dat het huidige beleid niet prudent en toekomstbestendig is. ‘Het financiert mensensmokkelaars, leidt tot drama’s op zee, en maakt mensen tot chantagemiddel van autocraten, terwijl de allerarmsten achterblijven.’ CDA-lid Wouter van Dis vindt juist dat het CDA moet inzetten op gemeenschapszin en mensen op de vlucht moet helpen. Bovendien gaat het om een beperkt deel van het aantal migranten. ‘Zelfs al zou je alle asielzoekers tegenhouden in Nederland, dan zouden er nog steeds immigratierecords sneuvelen.’