13 juni 2018

CDA blij met eindrapport restauratie van rijksmonumenten

Monumentenzorg wordt gezien als één van de zeven provinciale kerntaken. De provincies hebben als doel om deze monumenten te behouden. Maar slaagt de provincie erin om via de subsidieregelingen de bouwkundige staat te verbeteren en de monumentale waarden te behouden van rijksmonumenten die gerestaureerd moeten worden? De Randstedelijke Rekenkamer (RR) heeft onderzoek gedaan naar de provinciale subsidieregelingen van Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland voor het restaureren van rijksmonumenten en presenteerde afgelopen maandag 11 juni haar bevindingen. 

Met de Monumentenwet uit 1961 is de rijksoverheid begonnen om bijzondere gebouwen de status van rijksmonument toe te kennen. Nederland telt ruim 62.000 rijksmonumenten die beschermd worden vanwege hun eigen karakteristieke en unieke waarde. De provincies zijn sinds 2012 verantwoordelijk voor een specifiek onderdeel, namelijk voor het verdelen van subsidies voor het restaureren van de rijksmonumenten die geen woonhuis zijn. De provincie Zuid-Holland telt 9.157 rijksmonumenten, waarvan zo’n twee derde (6.008) woonhuis is. 

Het eindrapport van de RR geeft aan dat de provincie erin slaagt om via de subsidieregeling de bouwkundige staat te verbeteren en de monumentale waarden te behouden. In de periode 2012-2017 heeft de provincie Zuid-Holland op basis van twee subsidieregelingen 134 subsidies verleend. Het CDA Zuid-Holland is blij met het rapport. “We hebben als CDA de afgelopen jaren diverse amendementen ingediend, die extra geld hebben opgeleverd om deze provinciale kerntaak goed uit te kunnen voeren,” aldus CDA-Statenlid Marischa Kip. “Het is prachtig om te lezen in het rapport dat we op schema liggen met de subsidieverleningen en –vaststellingen en we tegemoet konden komen aan zoveel mogelijk aanvragen die voldoen aan de voorwaarden.” Ook CDA-Statenlid Meindert Stolk is erg tevreden met de resultaten. “Uit de erfgoedmonitoren blijkt dat de restauratieopgave die in de periode 2012-2017 door de provincies zijn uitgevoerd boven de door het Rijk gewenste 10 procent ligt.”

Toch laat het rapport ook zien dat er ruimte is voor verbetering. Zo is de provinciale Erfgoedmonitor, die onderbouwde feiten en cijfers over het erfgoed in Nederland presenteert, nog niet voldoende bruikbaar voor het bepalen van de restauratieopgave. Ook gaat de provincie niet bij alle beoogde resultaten van de subsidieregelingen na of deze zijn behaald en worden de uitkomsten van de Erfgoedmonitor niet met gemeenten gedeeld.

Het complete rapport van de Randstedelijke Rekenkamer is in te zien op randstedelijke-rekenkamer.nl

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.