CDA krijgt steun coalitie bij zorgen PAS
Onlangs ontving het CDA Zuid-Holland tegenstrijdige berichten over de voortgang van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) in het Groene Hart. Zorgelijke signalen, waardoor het CDA initiatief heeft genomen om schriftelijk vragen te stellen aan het college van Gedeputeerde Staten.
Minder stikstof, sterkere natuur en ruimte voor economische ontwikkeling zijn de doelen van het PAS. In het PAS worden door het Rijk, provincies, natuurorganisaties en ondernemers maatregelen getroffen om de overbelasting van stikstof op natuurgebieden terug te dringen. In Zuid-Holland wordt er gewerkt aan stikstofreductieprogramma’s voor het Groene Hart (in samenwerking met LTO) en voor het havengebied (samen met Havenbedrijf Rotterdam en de natuur- en milieuorganisaties).
CDA-Statenlid Paul Rijken ontving zorgelijke signalen. Signalen over gebieden waar de hoeveelheden stikstof groter zou zijn dan de beschikbare ruimte, maar ook gebieden waar nieuwe vergunningen worden verleend, terwijl er geen ruimte is. Signalen over sectoren die vastlopen door gebrek aan ontwikkelruimte, wat tevens een blokkade vormt voor verduurzaming. Rijken: “Naar aanleiding van deze tegenstrijdige berichten over de voortgang van het PAS in Zuid-Holland hebben wij vragen gesteld aan het College van Gedeputeerde Staten.”
Nu de economie weer behoorlijk groeit is de verwachting dat de uitstoot van stikstof vanuit industrie en verkeer behoorlijk toe gaat nemen. “Wij zouden van het college graag willen weten hoe deze ontwikkelingen zich verhouden tot de inspanningen die geleverd worden binnen de regionale stikstofreductieprogramma’s. De landbouw heeft bijvoorbeeld al een bijdrage geleverd aan de stikstofreductie, maar ziet de ontstane ruimte ingenomen worden door andere sectoren,” aldus Rijken. Het CDA Zuid-Holland krijgt hierbij steun van andere partijen. “Wij zijn uiteraard blij dat het onderwerp van stikstofoverbelasting in relatie tot economische ontwikkelingen een breed draagvlak heeft. We hebben steun gekregen van de VVD, SP en D66 op onze vragen.”