CDA: We zijn op de goede weg!
Op de laatste dag voor het reces van de Provinciale Staten stonden de Kadernota en Voorjaarsnota op de agenda. De laatste voor deze Staten-periode. Tijdens de vergadering van de Provinciale Staten keek CDA-Statenlid Marischa Kip terug op de resultaten die het college heeft behaald.
“We zijn de op goede weg, maar er zijn nog verbeterpunten die we moeten oppakken”, aldus Kip. Ze doelt hiermee enerzijds op de positieve ontwikkelingen die de provincie Zuid-Holland de laatste jaren heeft bereikt. “Op het gebied van de concurrentie- en innovatiepositie zijn we vanuit de positie van hekkensluiter gestegen naar een tweede plek sinds 2014 en ook volgens de Top100 van de Kamer van Koophandel komen de 27 meest innovatieve bedrijven uit Zuid-Holland.” Daarnaast is er veel aandacht voor economie in de vorm van Greenports en versterking van het spacecluster, zoals bij de Space Campus in Noordwijk.
Tevens zijn er positieve ontwikkelingen op de bereikbaarheid van onze provincie. “Naast een omvangrijk investeringsprogramma voor wegen, vaarwegen, HOV en fiets, hebben de Gedeputeerde Staten positief gereageerd op de bijdrage van Lightrail verbindingen in dit programma. Er is door de Gedeputeerde toegezegd om in het najaar een onderzoek te starten voor een verdere inventarisatie van de mogelijkheden.” Ook de oprichting van het energiefonds en de ontwikkelingen op het gebied van wonen zijn voorbeelden van thema’s waar in de afgelopen periode hard aan gewerkt is, maar ook naar de volgende periode een belangrijk agendapunt blijven.
Daarnaast zijn er echter ook punten die actiever opgepakt kunnen worden. “De mobiliteitsproblemen in de Krimpenerwaard en rondom de Algerabrug zijn vraagstukken waar echt een oplossing voor gevonden moet worden worden”, aldus Kip. “De provincie kijkt te afwachtend naar het Rijk. Het CDA kijkt daarom uit naar het gebiedsproces dat op dit moment loopt in de Krimpenerwaard en we gaan ervan uit dat de conclusies daaruit voor de provincie aanleiding zijn om dit mobiliteitsknelpunt hoger op de agenda te zetten en daar ook voortgang op te blijven boeken.”