Meer flexibiliteit toepassen bij realisatiestrategie NatuurNetwerk Nederland (NNN)
Tijdens de Provinciale Statenvergadering gisteren is een besluit genomen over de realisatiestrategie van het NatuurNetwerk Nederland (NNN) in Zuid-Holland. Jaco Kastelein diende namens het CDA een motie in om in deze realisatiestrategie meer flexibiliteit toe te passen, bijvoorbeeld door de mogelijkheden om ecologische verbindingszones via agrarisch natuurbeheer te onderzoeken en om bedrijven te compenseren door de inzet van ruilgrond of kavelruil. De motie werd met brede steun aangenomen.
Achtergrond
Als dichtbevolkte provincie hecht Zuid-Holland erg aan natuur. Sinds 2013 is door het Rijk en de provincies in het Natuurpact afgesproken dat de provincies verantwoordelijk zijn voor het realiseren van een kwalitatief goed, aaneengesloten netwerk van natuurgebieden en ecologische verbindingen en te zorgen voor een duurzaam beheer.
Ontwikkeling nieuwe natuurgebieden
In het Coalitieakkoord is afgesproken dat er in 2027 in Zuid-Holland in totaal 45.000 hectare aan beschermende natuur zal zijn. Daarbij is nu vooral aandacht voor de ontwikkeling van de twee grote nieuwe natuurgebieden Krimpenerwaard en Gouwe Wiericke. Daar is tot nu toe 1.500 hectare nieuwe natuur gerealiseerd en 75% van de resterende realisatieopgave ligt op schema om uiterlijk 2027 ingericht te zijn. Voor de laatste 25 % treden knelpunten op bij de realisatie. Dit slotstuk betreft veel kleine gebieden op veelal agrarische grond die verspreid liggen over de provincie met veel verschillende betrokkenen. Voor een groot aantal boeren op deze gebieden is de grond verbonden aan hun levensonderhoud.
Realisatiestrategie
Om deze knelpunten op te lossen en te zorgen dat de realisatie van de natuur ook hier mogelijk wordt, wil de provincie de subsidies voor natuurbeheer verhogen en uitbreiden, besluitvormingsprocedures versnellen en een actieve verwervingsstrategie voeren, wat betekent dat de provincie gronden kan aankopen of als ultieme consequentie kan onteigenen. “Helaas zijn dit de enige instrumenten die we kunnen gebruiken om de verbindingszones te realiseren, maar deze instrumenten moeten we wel met de nodige flexibiliteit toepassen” aldus CDA-Statenlid Jaco Kastelein. De melkveehouder doelt daarmee onder andere op de verbindingen tussen de verschillende gebieden. “De verbindingen zijn van tevoren globaal vastgesteld op de kaart, maar we moeten ervoor open staan dat deze anders kunnen lopen, zolang het uitgangspunt maar blijft dat de verbinding van natuurgebieden gerealiseerd wordt.”
Agrarisch natuurbeheer
Volgens Kastelein ontbreekt bovendien de invulling via agrarisch natuurbeheer. “Wij zouden graag zien dat er vanuit de provincie gekeken wordt naar de realisatie van ecologische verbindingszones via agrarisch natuurbeheer en daarvoor passende pakketten ontwikkelen die langjarig gelden.” Volgens Kastelein kunnen bestaande pakketten op aangrenzende percelen zo bijdragen aan een nog robuustere verbinding.
Ruilgrond
De verbindingen tussen de verschillende gebieden gaat vaak over een deel van bedrijven waarvoor de grond economisch belangrijk is. “Deze bedrijven moeten dan ook gecompenseerd worden,” zo gaat Kastelein verder. “Niet in geld, maar in bruikbare grond. Zodat het economisch negatieve effect voor de bedrijven geneutraliseerd wordt.”