CDA: stop commerciële beïnvloeding jonge kinderen

CDA-Kamerlid Harry van der Molen heeft afgelopen week een aantal voorstellen ingediend om kinderen beter te beschermen tegen commerciële beïnvloeding via televisie en online videodiensten. Hij kwam in actie tijdens het debat over de implementatie van een EU-richtlijn over media. Zo stelde het CDA samen met de CU voor om het verbod op sponsoring van kinderprogramma’s (dat nu alleen geldt voor de publieke omroepen) uit te breiden naar commerciële tv-zenders en andere commerciële mediadiensten, zoals streamingsdiensten en Netflix.
 
Volgens Van der Molen is dit hét moment om nadere bepalingen op te nemen om kinderen beter te beschermen: “Van jongs af aan worden onze kinderen volgestopt met (sluik)reclame terwijl zij dan nog niet het vermogen hebben om het als zodanig te herkennen. Het is onwenselijk wanneer van deze kwetsbaarheid misbruik wordt gemaakt. We moeten stoppen met kinderen beschouwen als een soort mini-consumentjes.” Reclames zijn weliswaar een deel van de wereld, maar dat kinderen hiermee om leren gaan hoeft niet zo vroeg in hun leven te gebeuren, vindt de CDA’er. "Als je een tiener bent, kijk je er alweer heel anders naar. Dan kun je leren hoe je ermee omgaat. Maar de jongste groep, die bescherm je. Het is niet normaal om op te groeien in een wereld die alleen maar om commercie draait."
 
Wat het CDA betreft zijn kinderprogramma’s niet alleen programma’s gemaakt voor kinderen, maar ook programma’s waar juist veel kinderen naar kijken, zoals de Voice of Holland. Dat programma staat in de top 10 van best bekeken programma’s onder 6-12 jarigen in 2019. Ook daar zouden de regels voor moeten gelden, aldus het CDA, die hiervoor samen met de SP een voorstel voor indiende.
 
Een derde idee van het CDA gaat over de leeftijdsclassificatie voor een programma of uitzending. Op het moment dat er een leeftijdsclassificatie geldt, moet deze het hele programma in beeld blijven staan. Ouders moeten in een oogopslag kunnen zien of een programma geschikt is. Op deze wijze kunnen kinderen beter worden beschermd tegen beelden met bijvoorbeeld geweld of grof taalgebruik.