Eerste Kamerfractie over omgevingswet: Decentraal als het kan, centraal als het moet
Op 14 maart stemde de CDA-fractie van de Eerste Kamer in met de inwerkingtreding van de Omgevingswet met ingang van 1 januari 2024. De omgevingswet is in de afgelopen twaalf jaar voorbereid en behandeld in de Kamers. Met de inwerkingtreding van het stelsel van de Omgevingswet worden 20 wetten geheel ingetrokken en vervallen grote delen van zes belangrijke omgevingswetten. Eind januari stelde Minister Hugo de Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening dat er is voldaan aan de vereisten voor een succesvolle invoering vanaf 2024. Vandaag is de wet met meerderheid aangenomen, wat veel duidelijkheid schept voor de verschillende belanghebbenden en bouworganisaties.
Senator Theo Rietkerk is blij met de invoering en stelde in zijn inbreng dat volgens de CDA-fractie de omgevingswet door gemeenten, provincies en waterschappen moet worden uitgevoerd. ”Decentraal als het kan, centraal als het moet. Dit gegeven sluit aan bij de uitgangspunten van onze partij als gespreide verantwoordelijkheid en soevereiniteit in eigen kring”, aldus Rietkerk. “Ook het bedrijfsleven, MKB en VNO-NCW steunen samen met gemeenten, provincies, en waterschappen de nieuwe invoeringsdatum van 1 januari 2024. Bovendien hebben zij vertrouwen in de kundigheid én creativiteit van hun medewerkers, die knelpunten in de praktijk zullen oplossen, en zo vertrouwen in een goede uitkomst.”
Tijdens de behandeling kreeg Rietkerk van de minister de toezegging dat er een extra professionele testomgeving komt om in de toekomst verbeteringen aan te brengen. Ook omarmt de minister het voorstel van het CDA om de regerings/omgevingscommissaris taken te geven in de uitvoering. Met provincies, gemeenten en waterschappen kan dit door overleg tot stand komen, om zo de uitvoeringskracht te organiseren. Tevens is er toegezegd dat de ruimtelijke visies, plannen en projecten digitaal via tijdreizen kunnen worden gevonden in het DSO (digitaal stelsel omgevingswet). Er komen daarbij voldoende middelen voor doorontwikkeling en uitbouw van het DSO in de meerjarenbegroting vanaf 2024.