03 januari 2022

Interview: CDA-leider Hoekstra kiest voor Buitenlandse Zaken: ‘Europa staat aan de vooravond van een sleutelperiode’

Interview Wopke Hoekstra met de Volkskrant

Wopke Hoekstra wordt minister van Buitenlandse Zaken, een post met veel status, maar beperkte politieke invloed. Wat hoopt hij namens Nederland te bereiken? En valt dat wel te combineren met het partijleiderschap?

Ja, hij verliest in het volgende kabinet de een-na-machtigste ministerpost. Niet hij, maar D66-leider Kaag gaat het ministerie van Financiën leiden. Hoekstra krijgt daar Buitenlandse Zaken voor terug, een ministerspost die weliswaar gepaard gaat met veel status, maar in de praktijk aan invloed heeft ingeboet. De taken van de minister van Buitenlandse Zaken zijn behoorlijk ingeperkt nu het Nederlandse buitenlandbeleid in toenemend mate wordt bepaald in de onderhandelingen tijdens EU-toppen. Die zijn het terrein van de minister-president.

Maar de ambities en zelfverzekerdheid van Hoekstra zijn onverminderd groot. De man die ooit zei dat hij wel premier wil worden, hoopt samen met bondgenoten zoals Duitsland en Frankrijk een groot machtsblok te maken van Europa. ‘Samenwerken in Europa is relevanter dan ooit.’ Hij vindt het nog te vroeg om exact uit te doeken te doen hoe hij dat wil bereiken - ‘eerst moet ik dossiers lezen, met mensen praten’. Maar de intentie is daar.

Wat zal helpen als smeerolie is dat Hoekstra zijn talen spreekt en brede buitenlandervaring heeft. Hij verbleef als rechtenstudent een tijdje in Rome, waar hij wat Italiaans oppikte (‘een beetje roestig is het wel’). Daarna volgden prestigieuze opleidingen aan businessscholen in het Franse Fontainebleau en Singapore. Goed Duits leerde hij spreken tijdens zijn jarenlange werk voor Shell in Berlijn en Hamburg (‘ik heb meerdere jaren dagelijks Duits gesproken’). Later was hij partner bij het invloedrijke consultancybureau McKinsey, waarvoor hij ook regelmatig buiten de landsgrenzen op pad was.

Voor een partij met 14 zetels heeft u flink wat ministerposten binnengesleept. Welke is de belangrijkste?
‘Ik ben vooral tevreden over wat we inhoudelijk hebben binnengehaald bij de onderhandelingen. Je ziet heel duidelijk de CDA voorstellen terug in het akkoord ten aanzien van veiligheid, volkshuisvesting en het leenstelsel.

‘Daarnaast leveren we de ministers van Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken, Sociale Zaken en Volkshuisvesting. We hebben de ambitie om ook op die terreinen de balans te herstellen waar zaken zijn scheef gegroeid, zoals op de arbeidsmarkt, de woningmarkt.

‘Er is een enorm woningtekort. Je merkt dat bij jongeren die geen eigen huis kunnen huren of kopen, je merkt het bij andere mensen die willen doorgroeien. Hugo de Jonge gaat zich daarin vastbijten. Ook op het gebied van Sociale Zekerheid moet veel gebeuren. Daar gaat Karien van Gennip mee aan de slag. We moeten veel meer terug naar het herwaarderen van langdurige arbeidsrelaties. Er is een groeiende zorg over mensen die wel werk hebben, maar daar eigenlijk nauwelijks van kunnen rondkomen.’

Opvallend: het CDA levert niet meer de coronaminister. Waarom was die post niet belangrijk genoeg voor u om op te eisen?
‘Je kunt niet alles binnenhalen wat je zou willen hebben.’

U had het wel gewild?
‘Ik ben heel blij met wat wij binnen hebben weten te halen. Tegelijkertijd vind ik het niet gek dat de eerste verantwoordelijke minister voor corona - na deze zeer intensieve periode - nu iemand van een andere partij wordt.’

Als iedereen supertevreden zou zijn, is het toch best raar om middenin een crisis van minister te wisselen?
‘Besturen in Nederland is nooit een one man-show. Een minister leunt in belangrijke mate ook op de expertise van het departement en externe partijen. Dus er is een zekere continuïteit.

‘Hij heeft zich twintig slagen in de rondte gewerkt en ik vind hem zeer gekwalificeerd. Maar na alles wat er de afgelopen jaren is gebeurd en na al het werk dat hij heeft verzet, vind ik het echt niet gek om met elkaar af te spreken: het is nu een mooi moment om het aan een ander over te laten.’

Maar wilde het CDA wel de post van coronaminister houden?
‘Nee, dat was niet mijn eerste inzet.’

De Jonge gaat nu mogelijk weer een onmogelijke klus tegemoet: 100 duizend woningen bouwen per jaar is de ambitie, maar alleen al door tekort aan personeel wordt dat heel ingewikkeld. Wilt u dat hij huilend het Binnenhof verlaat?
(Lacht). ‘Integendeel. Ik denk dat hij alom bekend staat om zijn tomeloze inzet. Iemand die dossiers snel doorgrondt en daar zeer voortvarend mee aan de gang gaat. Ik vertrouw Hugo de Jonge dat zonder meer toe.’

Wat ook opvalt: Rutte IV laat het geld rollen. Er worden tientallen miljarden uit te kast getrokken. Bent u als voormalig schatkistbewaarder niet bezorgd?
‘Ik vind dat je het geld wel eerst moet verdienen voordat je het kunt uitgeven. En dat je bij je uitgaven weliswaar altijd rekening moet houden met de grote opgaven van vandaag, maar ook moet nadenken wat fatsoenlijk is naar de volgende generatie. Ik vind dat we die balans - alles afwegende - op een goede manier hebben weten te leggen. We hebben op een paar grote dossiers, zoals klimaat en stikstof, gewoon veel achterstallig onderhoud te doen. Ik vind het onze dure plicht aan de volgende generatie dat we er als kabinet voor zorgen dat die transitie wordt uitgevoerd.’

U maakt zelf de overstap naar Buitenlandse Zaken, terwijl Kaag naar Financiën gaat. U wisselt dus eigenlijk van functie. Is dat de nieuwe bestuurscultuur?
(Lacht weer) ‘Ik weet niet of dit daar het allerbeste voorbeeld van is. Zij moet voor zichzelf spreken. Maar voor mij is dit een positie die zeer relevant is voor ons land. Ik vind het essentieel dat we in het tijdsgewricht waarin wij nu leven zorgen dat Nederland verbonden blijft met Europa en de wereld daar omheen.

‘Het CDA heeft ook een lange traditie van het leveren van voortreffelijke ministers van Buitenlandse Zaken - Ben Bot, Jaap de Hoop Scheffer, en daarvoor Luns. Als je kijkt naar de momenten waarop het CDA het meest gefloreerd heeft, dan was dat als we erin slaagden om aandacht te besteden aan nationale problemen, maar ook een scherpe internationale oriëntatie hadden.’

Is het een droombaan voor u?
‘Ik wilde deze post heel graag, omdat ik het belangrijk vind voor Nederland en het CDA dat we over de dijken blijven kijken. Want als ik kijk naar wat er in de wereld geopolitiek aan de hand is, dan is het essentieel dat we als Nederland volop aanhaken bij ontwikkelingen in Europa, maar ook daarbuiten. Europa staat aan de vooravond van een buitengewoon relevante fase in zijn geschiedenis, een sleutelperiode.’

Wat voor sleutelperiode?
‘Op veel plekken in de wereld nemen de spanningen toe. We hebben grote zorgen over wat zich afspeelt in Oekraïne. We zien ook wat er gebeurt in en om de Chinese Zee en in de relatie tussen de Verenigde Staten en China. En het lijstje is nog veel langer.

‘Europa heeft zich in economische opzicht als grote kracht ontwikkeld, maar zal een inhaalslag moeten maken op geopolitiek terrein. Door meer samen te werken en zich veel beter te gewissen van de bedreigingen die van buiten op ons afkomen. Want daarvoor geldt toch: eendracht maakt macht.’

Moeten we in de EU vooral samen met de Duitsers, Fransen of Nordics een vuist maken?
‘Een zeer nauwe samenwerking met Duitsland is altijd zeer in ons belang. Vanwege de economische, maar ook maatschappelijke verbondenheid die we hebben. Het afgelopen jaar heb ik daarnaast al veel meer ingezet op nauwe samenwerking met Frankrijk. Omdat we ook met Frankrijk heel veel gemeen hebben. Zeker in een Europa dat in het noordwesten veel kleiner is geworden.

‘Voor mij is het feit dat de Britten de Unie hebben verlaten echt een geopolitieke ramp. Dat een van de grootste en militair belangrijkste landen van de Unie heeft gezegd: we doen niet meer mee. Dat betekent dat we als Nederland des te meer moeten inzetten op samenwerking met Duitsland, Frankrijk en trouwens ook met al die andere landen.’

U heeft als minister van Financiën regelmatig ruzie gemaakt met Zuid-Europese landen. Hoe gaat u die banden aanhalen?
‘Ik heb altijd nauw contact gezocht met mijn buitenlandse collega’s. Ik nog steeds hele goede persoonlijke relaties met velen van hen. De ironie is dat we het weliswaar op sommige dossiers oneens waren, maar dat de relaties met mijn collega’s in bijvoorbeeld Duitsland, Frankrijk en ook de zuidelijke collega’s uitstekend zijn. Mijn Italiaanse oud-collega is recent burgemeester van Rome geworden en toen ik daar was voor de G20 nodigde hij mij uit om zijn nieuwe kantoor te laten zien.

‘Dat lidstaten ook hun eigen belangen nastreven begrijpen mensen die met elkaar aan tafel zitten over het algemeen uitstekend. Ik denk dat wij in de eerste plaats een mate van verbondenheid voelden. Uiteindelijke zijn we toch een relatief klein en kwetsbaar continent met een half miljard mensen, een continent dat eigenlijk nauwelijks in staat is om zichzelf te verdedigen. Dat betekent dat samenwerking voor mij evident is.’

Andere partijleiders die minister van Buitenlandse Zaken werden, zoals Van Mierlo van D66, noemden dat achteraf onhandig, omdat ze de helft van de tijd in het buitenland zaten terwijl er in Nederland weer eens een politieke crisis uitbrak. Waarom aanvaardt u deze plek terwijl uw partij opgebouwd moet worden?
‘Ik zie zeker dat dit een additionele moeilijkheidsgraad is. Maar ik ben ervan overtuigd dat dat wel degelijk te combineren is. Als je kijkt wat we nu allemaal al doen via de telefoon en videobellen en hoeveel makkelijker het inmiddels is om contact te houden dan in de tijd van bijvoorbeeld Van Mierlo.’

Uw voorganger Kaag is afgetreden omdat de Kamer ontevreden was over haar aanpak bij de evacuatie uit Afghanistan. Diplomaten die in Kabul hebben gezeten, riepen heel hard om hulp, maar de urgentie kwam maandenlang niet door. De minister kreeg vooral goed nieuws voorgeschoteld. Hoe gaat u ervoor zorgen dat u contraire meningen te horen krijgt?
‘Het departement heeft een uitstekende reputatie met buitengewoon vakkundige diplomaten en ik vind dat ik met hen in gesprek moet om hierover een goed oordeel te kunnen vormen. In zijn algemeenheid ben ik ervan overtuigd dat je als leidinggevende moet zorgen dat je voldoende tegenspraak bij je aan tafel organiseert.’

De meest actuele dreiging voor Europa is momenteel Rusland. Uw voorganger Halbe Zijlstra was ervan overtuigd dat Poetin uit was op een herstel van het Groot Russische Rijk, en Kazachstan was nice to have. Denkt u dat ook?
‘Vanzelfsprekend heeft het huidige kabinet grote zorgen over wat er aan de gang is rondom de grens tussen Rusland en Oekraïne. Met de opbouw van troepen en dergelijke. De VS en de NAVO zijn daar ook dag en nacht mee bezig. Maar het is niet verstandig als ik daar nu meer over zeg. U hoort binnenkort van mij, dat beloof ik u.’

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.