De Tweede Kamer steunt in grote meerderheid het voorstel dat CDA-Kamerlid Anne Kuik samen met SP-collega Jasper van Dijk heeft gedaan om circa 10.000 mensen die in 2007 onder een generaal pardon vielen, nu eindelijk een paspoort te geven. Hierover zijn al meerdere onderzoeken gedaan, en daarom is het onnodig en vertragend om weer een nieuw onderzoek in te stellen zoals de staatssecretaris voorstelt.
Anne Kuik: “Goed dat de Kamer hier duidelijk stelling neemt. Door bureaucratie hebben deze mensen nog steeds geen Nederlands paspoort, waar ze wel recht op hebben. Dan kan in deze arena gezegd worden dat men goed moet meedoen in de samenleving, maar dan moet je wel eerlijk zijn. Je kunt niet aan de ene kant roepen dat mensen succesvol moeten integreren, maar aan de andere kant hun basisvoorwaarden als een paspoort ontzeggen.”
Voorkomen schrijnende situaties
Ook zijn er een aantal moties ingediend die vragen om de discretionaire bevoegdheid weer terug te brengen bij de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Deze voorstellen heeft het CDA niet gesteund. Momenteel vindt er een onafhankelijke doorlichting plaats die zowel ziet op het functioneren van de Immigratie- en Naturalisatie Dienst als de asielketen in onderlinge samenhang. Deze doorlichting wordt eind mei verwacht.
Anne Kuik: “Het is belangrijk dat het hele asielstelsel in samenhang met elkaar bekeken wordt, om te komen tot een meer humaan en rechtvaardig asielbeleid. Zodat nieuwe schrijnende gevallen worden voorkomen, en oplossingen geboden worden voor mensen die tussen wal en schip van de regels vallen. Belangrijke aandachtspunten voor het CDA daarbij zijn een snellere en betere uitvoering van de procedures, maar ook meer capaciteit voor de IND. Juist de lang durende zaken die vastlopen, met flinke wachttijden tot gevolg, zorgen ervoor dat nieuwe schrijnende gevallen ontstaan van kinderen en gezinnen die hier geworteld zijn. Dat moet echt beter. Dat blijkt ook uit het rapport van Richard van Zwol van de Commissie Langdurig Verblijvende Vreemdelingen. Gezinnen met kinderen horen daarbij voorrang te krijgen.”
Twee jaar geleden is door het CDA aangedrongen op versoepeling van het kinderpardon, waardoor perspectief werd geboden aan honderden gezinnen en kinderen die lang in een uitzichtloze situatie verkeerden. Bij het akkoord wat destijds is bereikt, is ook overeenstemming gevonden over de wijziging van de discretionaire bevoegdheid. Deze bevoegdheid van de staatssecretaris werd vervangen door een schrijnendheidstoets door het hoofd van de Immigratie- en Naturalisatie Dienst (IND). Voor de toepassing van deze toets kan onafhankelijk advies worden gevraagd. Op die manier blijft de mogelijkheid bestaan om schrijnende situaties, die buiten de regels vallen, toch mee te wegen.
Tina en Jacob
Vorige week werd bekend dat de dertienjarige Jacob en zijn moeder Tina toch een verblijfsvergunning ontvangen van de IND, nadat zij ruim vijf jaar geleden vanuit Syrië naar Nederland zijn gevlucht. Zij zouden in eerste instantie uitgezet worden, ondanks dat Jacob daar nog nooit is geweest en beiden ook niet (meer) in het bezit zijn van een Armeens paspoort. Daarom stelde CDA-Kamerlid Anne Kuik met een aantal andere partijen Kamervragen aan de staatssecretaris om opheldering te vragen over deze en vergelijkbare gevallen. Vervolgens concludeerde de IND alsnog dat de band met Armenië onvoldoende is, waardoor zij mogen blijven.
Wat Anne Kuik betreft betekent dit besluit ook iets voor vergelijkbare gevallen: “De vraag of er sprake is van een substantiële band met een veilig land moet altijd goed worden beoordeeld per individueel geval. Waar uit die redelijkheidstoets komt dat dat niet het geval is, zoals bij Tina en Jacob, kan niet overgegaan worden tot uitzetting.”