Onderstaand opiniestuk van fractievoorzitter in de Tweede Kamer Pieter Heerma en kandidaat-Kamerlid Harmen Krul is 7 januari gepubliceerd in het AD.

Als er iets is dat corona ons laat zien dan is het wel dat tegenstellingen in de samenleving zijn vergroot en dat de verschillen tussen kansrijk en kansarm enorm zijn toegenomen. Jongeren zijn in toenemende mate terecht bezorgd over hun toekomst. Ze voelen zich aan hun lot overgelaten. Dat begint al bij het opbouwen van een studieschuld, het niet kunnen vinden van een betaalbare woning en minstens twee flexbaantjes moeten hebben om de maand door te komen. Dit draagt bij aan verdere verwijdering, uitzichtloosheid en polarisatie. Juist de verplichte maatschappelijke diensttijd kan voor jongeren een uitkomst bieden om de verschillen te overbruggen. En het gevoel te krijgen onderdeel te zijn van deze samenleving door een steentje bij te dragen.

Het zorgt ervoor dat jongeren in contact komen met ouderen, zieken, zwakkeren of kinderen. Zo leren ze verantwoordelijkheid te dragen en nemen. En respect te ontwikkelen voor elkaar, los van religie, afkomst, leeftijd, of scholing. Tegelijkertijd geeft het ook nieuw perspectief op carrièrekansen, waarover ze anders misschien nooit hadden nagedacht. Doordat ze kennis en ervaringen opdoen van vakgebieden die ze voorheen links lieten liggen of simpelweg niet kenden. Vakgebieden waar nu een enorm nijpend tekort is aan personeel, zoals in de zorg of bij de politie.

Deze crisis raakt jongeren ongekend hard. Het thuis studeren is niet voor iedereen weggelegd. Sommigen missen aansluiting, voelen zich eenzaam, voelen zich onveilig, vervelen zich, komen in aanraking met criminaliteit, lopen studievertraging op, vallen tussen wal en schip omdat hun stage niet doorgaat of stoppen gewoon helemaal met hun opleiding. De contacten verminderen en er is weinig sociale controle meer van leraren of andere leerlingen. Hierdoor ontstaan steeds diepere scheidslijnen en het werkt verwijdering tussen groepen in de hand. En dat is voor een samenleving gevaarlijk. Want wanneer sociale controle ontbreekt, jongeren elkaar en anderen niet meer ontmoeten, niet meer met elkaar in aanraking komen, en sommigen zelfs in de criminaliteit belanden, verarmt een samenleving en dat is voor niemand goed.

Het CDA heeft zich tijdens de formatie van het huidige kabinet in 2017 ingezet voor de oprichting van de maatschappelijke diensttijd. Deze is na vier jaar langzaam uitgerold en inmiddels zijn er meer dan 18.000 jongeren tussen de 14 en 27 jaar die zich vrijwillig inzetten voor de samenleving. Uit onderzoek blijkt dat ruim 800.000 jongeren ook op deze manier een steentje willen bijdragen aan de samenleving. Nu het raamwerk er eindelijk ligt, is het verstandig om een verplichte vorm in te voeren, met het doel alle jongeren een verplichte maatschappelijke diensttijd te laten doen.

Bekijk hier de video van Eenvandaag met Pieter Heerma over de maatschappelijke diensttijd

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.