Boeren zijn cruciaal voor zo veel meer dan alleen voedselproductie. De grondgebonden landbouw draagt bij uitstek bij aan beheer en behoud van onze karakteristieke polders. Daarnaast is de zorg voor landschap en natuur verbonden met het landbouwbedrijf en stellen veel boeren hun daken beschikbaar voor zonnepanelen om zo mee te werken aan de energietransitie. Helaas worden boeren structureel en onterecht in het verdomhoekje gedrukt. Zonder de uitdagingen te ontkennen wil het CDA een hoopvol toekomstperspectief bieden aan de boeren in Zuid-Holland. Hierin wordt goed geluisterd naar zorgen en behoeften uit de verschillende landelijke gebieden, of dit nu gaat om energieprijzen in de Westlandse glastuinbouw of bestaanszekerheid van een melkveehouder in Molenlanden. We gaan samen aan de slag voor de toekomst van onze boeren.

Het CDA werkt vanuit de behoefte uit de regio. Top-down gedreven processen zoals zonering van gebieden werken niet. De Hoeksche Waard is niet de Krimpenerwaard en Goeree-Overflakkee is niet Midden-Delfland. De provincie gaat op zoek naar verbindingen tussen gebieden. Tussen de akkerbouw-tuinbouw en de veehouderij. Innovaties worden in pilots actief ondersteund. Het CDA wil polarisatie tegengaan, verschil verbinden en samen met boeren, kennisinstellingen en andere betrokkenen werken aan een duurzame en toekomstbestendige agrarische sector.

De provincie heeft de komende jaren de opdracht om stad en platteland met elkaar te verbinden en de kloof te dichten. We hebben elkaar nodig en het CDA zet zich dan ook in voor herstel van vertrouwen en het verbinden van verschil. Dit is de primaire taak van alle overheidslagen in relatie met de agrarische sector!

 

Wat hebben we de afgelopen jaren gedaan?

Wat willen we de komende jaren gaan doen?


Natuur en landbouw

  • Inwoners kunnen niet zonder een groene omgeving en gezond voedsel. Daarom gaat het CDA in de komende periode in nauwe samenwerking met boeren aan de slag met structurele en duurzame oplossingen voor een vitale agrarische sector en weerbare natuur. Bijvoorbeeld door boeren een vergoeding voor natuurbeheer te geven.
     
  • De staat van Natura2000 gebieden naast boerenbedrijven moet centraal staan, en niet de meettabellen. Zo lang natuur gezond blijft is er geen reden tot ingrijpende maatregelen die boeren in hun bestaan bedreigen. Het CDA is daarom ook tegen verplichte uitkoop, tenzij hier dringende redenen voor zijn.
     
  • Bescherming van landbouwgrond en een goede grondpositie voor boeren is belangrijk voor het toekomstperspectief van boeren. Daarom zet het CDA in op een beschermde status voor gezonde landbouwgrond.

  • Het CDA zet zich in op betere ondersteuning vanuit de provincie voor boeren die de biodiversiteit op het platteland versterken.
     
  • De provincie voorziet de boerengrondbanken van middelen door bij de landelijke en Europese overheid te lobbyen. Boerengrondbanken zoeken in de uitgifte van grond onder andere naar mogelijkheden om maatschappelijke wensen mee te nemen.

Land- en akkerbouw

Het beschermen van hoogwaardige akkerbouwgronden in de provincie Zuid-Holland op met name de Zuid-Hollandse eilanden is een kerntaak van de provincie. Daarnaast is de provincie de aanjager van bottom-up vormgegeven gebiedsprocessen. Dit is de basis om gebiedsgericht te voldoen aan de opgaven uit het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). De rol van de provincie is faciliterend en ondersteunend.

  • De provincie geeft akkerbouwers of verenigingen de ruimte voor innovatieve pilots om zaken als precisielandbouw, strokenteelt en experimenten te ondersteunen.
     
  • De akkerbouwsector en veehouderijsector zijn specialistisch. Samenwerking wordt steeds belangrijker. Melkveehouders hebben steeds meer behoefte aan het uitwisselen van mest. Akkerbouwers hebben behoefte aan betere bodemvruchtbaarheid. De provincie stimuleert deze samenwerking. Zo wordt kringlooplandbouw vormgegeven.
     
  • Het CDA zet in op maatwerk in de regio, met uniek beleid voor bijvoorbeeld de duinen, de Hoeksche Waard, Midden-Delfland, Alblasserwaard, of de Krimpenerwaard.
     
  • De pilotstatus van de groep rond Nieuwkoop moet beschermd worden. De groep is in een vroeg stadium begonnen met opgaven waar we, vandaag de dag, allemaal mee worden geconfronteerd. Dit vraagt om bescherming van deze groep en het doorzetten van de pilot volgens de afspraken die door de provincie met dit gebied zijn gemaakt.

  • Het zelforganiserende vermogen van boeren vraagt om een faciliterende overheid. Tot de overheid uit wantrouwen met een top-down benadering ging werken nam stikstofuitstoot structureel af; controle en regeldruk heeft ervoor gezorgd dat de verduurzaming is gestagneerd. Door terug te keren naar bottom-up verduurzaming vanuit vertrouwen werken we samen met de agrarische sector aan onze toekomst.
     
  • Bodemdaling is een belangrijk thema. Polder voor polder zullen de opgaven voor het beperken van bodemdaling, en daarmee het bijdragen aan het beperken van klimaatverandering, moeten worden vormgeven.

Versterken agrarische infrastructuur

Bedrijven worden groter, maar de gemiddelde kavelgrootte in Zuid-Holland neemt af. Het aantal kavels per bedrijf en de afstand tussen de kavels neemt daardoor toe. Voor de bedrijven zelf betekent dit hogere kosten voor arbeid en energie. Meer transport en een zwaardere belasting van lokale en regionale wegen zijn het gevolg.

  • De provincie moet herstructurering en herverkaveling blijven steunen, zodat landbouwgrond geclusterd blijft. Door kavels te ruilen kan de agrarische structuur worden verbeterd en wordt de veiligheid verbeterd.
     
  • Het CDA is terughoudend in het toestaan van grote stallen voor intensieve veehouderij. Hierin geldt een nee-tenzij-beleid. Volksgezondheid en veterinaire aspecten moeten vooraf goed worden onderzocht. Grotere akkerbouw-opstallen of agrarisch verwerkingsbedrijven kunnen soms worden gevestigd op agrarische bedrijventerreinen om de wegen in het buitengebied zo min mogelijk te belasten.

  • Vrijkomende agrarische gebouwen, erven of verouderde land- en tuinbouwlocaties vragen om zorgvuldig beleid. Verruiming van mogelijkheden tot herbestemming is de inzet vanuit het CDA. Er moet ruimte zijn voor creatieve oplossingen zoals deelerven met kleinschalige bedrijvigheid of een zorgfunctie. 

Glas- en tuinbouw

De (glas)tuinbouw is één van de topsectoren waar Zuid-Holland trots op is. Niet alleen worden hier de gezondste groenten en fruit geteeld maar ook prachtige bloemen en planten. Zuid-Holland kent 4 Greenports ( West Holland, Aalsmeer, Boskoop, Duin-en Bollenstreek. Dit zijn netwerkorganisaties waar op het gebied van o.a. innovatie, herstructurering en energietransitie goed wordt samengewerkt tussen overheid, kennisinstellingen en bedrijven. Elke greenport kent een eigen specifieke opgave en biedt kansen voor de omliggende regio.

  • Het CDA steunt innovaties die bijdragen aan de transitie naar schone energie in de kassenbouw. Ook grootschalige benutting van aardwarmte en restwarmte zoals bij de warmterotonde, moet door de provincie ondersteund worden.
     
  • De tuinbouw heeft veel te bieden op het gebied van voedselzekerheid, verduurzaming en economische ontwikkeling in Zuid-Holland. Daarom wil het CDA dat de provincie zich op diverse manieren, ook financieel, blijft inzetten voor innovaties en modernisering van de vier Greenports in Zuid-Holland.
     
  • De tuinbouw wil in 2040 klimaatneutraal zijn. Dat betekent met de huidige prijzen voor gas, elektriciteit en warmte een grote opgave. In goede samenwerking tussen de provincie, gemeenten, de gebouwde omgeving en bedrijven zet het CDA in op versnelling van de uitrol van warmtenetten en geothermie in Zuid-Holland.

  • Het is belangrijk voor de economie in Zuid-Holland, en de voorlopers rol van Nederland in de wereld, dat we een sterke tuinbouwketen in de provincie behouden. Hier zet het CDA zich daarom voor in, juist nu de sector het zwaar heeft. De campussen in Barendrecht, Westland en Lansingerland (het Horti Science Park) spelen daarbij een cruciale rol.

Stikstof

Met de brieven rond het NPLG is landelijk beleid verschoven naar provinciaal beleid. Daarom investeert het CDA de komende periode in de uitvoeringskracht van de provincie om de gebiedsprocessen te ondersteunen. Een gezonde plattelandssamenleving is cruciaal voor een effectieve gebiedsgerichte aanpak. De stikstofuitstoot nam al lange tijd af, maar die daling is gestagneerd toen er werd gekozen voor top-down benaderingen en er vanuit wantrouwen naar de sector werd gekeken. Het CDA wil de aanpak bijsturen en constructief samen met de sector werken aan een schone toekomst voor de boer.

  • NH3 (ammoniak) en NOx (stikstoffen) dienen apart behandeld te worden en niet vermengd. Beiden hebben een ander effect op de omgeving en ook een heel ander spreidingsgebied. Daarom zet het CDA in op apart beleid voor ammoniak en stikstoffen
     
  • De staat van de natuur is leidend. De KDW is een indicator waarbij niet het laagste getal leidend is maar het optimale getal voor biodiversiteit. Daarom wil het CDA samen met de landelijke fractie zorgen dat de KDW als meetlat uit de wet gaat.
     
  • Er mag geen twijfel bestaan over feiten, vergunningen, emissie en depositie. Aerius is niet betrouwbaar als wetenschappelijk meetinstrument, maar een proces voornamelijk gefundeerd op politieke en beleidsmatige keuzes, en mag daarom niet gelden als bron aan de basis van besluiten. Daarom wil het CDA een alternatief gebaseerd op werkelijke metingen van uitstoot, als input waaruit beleidskaders worden opgesteld.

  • Piekbelasters dienen zorgvuldig bepaald te worden. De huidige meetmethoden voldoen niet. Het CDA zet, in deze volgorde, in op innoveren, reduceren, ombouwen en als laatste middel vrijwillige uitkoop om zo in goede samenwerking met de sector, op basis van vertrouwen, te verduurzamen.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.